w
12. Voorstel tot het vaststellen van
een beleidsnotitie Milieubeheer.
GEMEENTE BOORNSTERHEM
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 7 september 1984.
Begin dit jaar is uw raad een beleidsnotitie inzake het milieu
beheer toegezegd. Het resultaat van deze toezegging ligt thans
ter vaststelling voor u. Het eerste deel van de notitie (de hoofd
stukken I, II en III) is inventariserend. Weergegeven wordt de
inhoud van een aantal milieuhygiënewetten waarmee de gemeente
in aanraking komt. Milieuhygiëne/^die verder van de gemeentelijke
praktijk afstaan zijn, om het geheel wat overzichtelijk te houden,
niet behandeld. /wetten
In hoofdstuk IV komen de algemene consequenties van de inhoud
van genoemde wetten aan de orde. Deze consequenties zijn in dit
hoofdstuk gesplitst in algemene zaken betreffende uitvoering,
doelstelling en middelen, terwijl daar ook enkele algemene aan
bevelingen genoemd staan.
In de hoofdstukken V, VI en VII worden een aantal direct met het
milieubeheer samenhangende aspecten behandeld. In het laatste
hoofdstuk, het hoofdstuk milieuplan, komt het te voeren beleid naar voren.
In het laatste onderdeel van dit hoofdstuk, het onderdeel planning,
staat aangegeven op welke termijn wij de aangekondigde maatregelen
denken uit te voeren. Het is de bedoeling dat elk jaar aan uw
raad een planning wordt aangeboden waarin staat vermeld hetgeen
het afgelopen jaar aan maatregelen is uitgevoerd en de maatregelen,
welke wij in het komende jaar en het daarna komende jaar denken
te nemen. Deze vorm van voortschrijdende planning stelt uw raad
in staat het te voeren milieubeleid ook op langere termijn te
sturen. De derde afdeling van uw raad heeft zich met de inhoud
van de notitie kunnen verenigen.
Gezien het bovenstaande stellen wij u voor de bij de raadsstukken
ter inzage liggende beleidsnotitie Milieubeheer conform vast te
stellen. Het daartoe strekkende besluit ligt voor u eveneens bij
de raadsstukken ter inzage.
Burgemeester en wethouders der gemeente Boornsterhem,
de secretaris, de burgemeester,
P.H. Starreveld. B.G. Holtrop.