- 3 - Een verordening zonder criteria etc. lijkt ons niet de bedoeling van de wetgever te zijn. Steunverlening mag niet ad hoe plaats vinden. Indien het gemeentebestuur bijvoorbeeld overweegt om aan het kleinbedrijf incidenteel subsidie toe te kennen, zal dat in principe op een bedrijvenregeling in de verordening moeten worden gebaseerd: indien bedrijvensteun, dan ook een bedrijvenregeling. Dit alles neemt niet weg dat de gemeenteraad in het jaarlijkse verdelingsbesluit en in de subsidieverordening flexibliteit kan inbouwen. Vandaar de suggestie om voor onvoorziene gevallen (de aangevraagde steun overschrijdt het ter beschikking gestelde bedrag) een bedrag van het fonds te reserveren en ook de bepaling in de voorbeeld-verordening dat burgemeester en wethouders ook steun kunnen verlenen in afwijking van de bepalingen van de verordening. De gemeenteraad is niet verplicht een bedrag ter beschikking te stellen voor subsidieverlening. De raad is evenmin verplicht elke sector te bedenken. Nulbesluiten zijn toegestaan. Ook deze dienen te worden gepubliceerd. Indien de gemeenteraad voor sectoren van de samenleving in een bepaald jaar subsidiebedragen beschikbaar heeft gesteld, heeft hij jegens deze sectoren zekere verwachtingen en globale aanspraken gecreëerd die tussentijds niet mogen worden aangetast. De terbeschikkingstelling van subsidiebedragen impliceert derhalve méér dan het van gemeentezijde nog vrijblijvend voteren van gelden voor bepaalde doeleinden, zoals normaal het geval is bij begrotingsbesluiten. Verlaging van de ter beschikking gestelde bedragen in de loop van het betrokken jaar lijkt ons dan ook niet toegestaan, net zo min als de overheveling van een bedrag van de ene sector naar de andere, een en ander tenzij (mede gelet op het totaal van de voor een bepaalde sector ingediende aan vragen) kan worden aangenomen dat voor die sector aan het einde van het jaar gelden zullen resteren (bijv. door een fatale datum in de verordening op te nemen). Eventuele overschotten kun nen terugvloeien naar het gemeentelijke stadsvernieuwingsfonds. Herbezinning op subsidiebeleid. Van de negentien specifieke uitkeringen die per 1 januari 1985 worden opgeheven en in de stadsvernieuwingsfondsen opgaan, zijn er enkele die specifiek op steunverlening aan derden gericht zijn. Genoemd kunnen ondermeer worden de verbeteringsregeling van door de eigenaar bewoonde particuliere woningen, bedrijven steun in de stadsvernieuwingsgebieden, restauratie van woonhuis monumenten, ondersteuning van bewoners, contactpersonen bij stadsvernieuwingsgebieden Gemeenten kunnen en moeten zelf bepalen of en in hoeverre zij steun wensen te verlenen aan de verschillende sectoren van de samenleving. Zij zijn daarbij ook niet gebonden aan de criteria van de thans nog geldende specifieke rijksregelingen die immers komen te vervallen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1984 | | pagina 57