- 2 -
De (voorlopige) medezeggenschapsraad van de betrokken kleuter
en lagere school dienen samen overleg te plegen en terzake
één advies uit te brengen aan burgemeester en wethouders,
tenzij reeds een gezamenlijke (voorlopige) medezeggenschapsraad
is gevormd.
Burgemeester en wethouders winnen met betrekking tot de voorlopige
voordracht het advies van de inspecteur in.
Hierna volgt de definitieve voordracht aan de gemeenteraad.
Toelichting punt c. De betrokken schoolleider(sterdient
schriftelijk aan burgemeester en wethouders te berichten,
dat hij/zij wel of niet voor het directeurschap in aanmerking
wenst te komen.
Indien dit niet het geval iskomen als eerste in aanmerking
de hoofden en hoofdleidsters van de overige in de gemeente
gevestigde gemeentelijke scholen, die niet zijn benoemd tot
directeur, waarbij de hiervoor achter punt b, vermelde procedure
wordt doorlopen.
Indien op de hiervoor omschreven wijze geen directeur kan
worden benoemd, zal een open sollicitatie worden gevolgd,
waarbij de hiervoor achter punt b vermelde procedure wordt
doorlopen.
II. De gemeenteraad gaat over tot de benoeming van een directeur,
c.q. twee directeuren (deeltijdfunctie) van de betreffende
openbare basisschool.
Zoals uit het vorenstaande moge blijken, achten wij een gedeeld
directeursschap bij voorbaat niet uitgesloten. Bij een eventuele
belangstelling hiervoor zullen de mogelijkheden kritisch dienen
te worden bekeken (motieven, afspraken omtrent taakverdeling,
eindverantwoordelijkheid etc.). In dit verband merken wij nog
op, dat wij op het standpunt staan dat de kandidatuur van een
hoofdleidster in beginsel even zwaar dient te wegen als die van
een hoofd. Voorts zal het functioneren van de medezeggenschapsraden
in dezen voldoende tot zijn recht moeten komen, terwijl daarnaast
de personeelsteams in de gelegenheid zullen worden gesteld hun
mening terzake te geven.
In verband met ons streven - voorzover mogelijk - op korte termijn
duidelijkheid te verschaffen met betrekking tot de personeelsformaties
op de betrokken openbare basisscholen, hebben wij de aanwezige
hoofden en hoofdleidsters intussen schriftelijk gevraagd of zij
zich kandidaat stellen voor de functie van de directeur van de
basisschoolzulks mede op grond van het bepaalde in de Overgangswet Wet
op het Basisonderwijs (O.W.B.O.), dat de directeur zoveel mogelijk
dient te worden benoemd uit de huidige hoofden en hoofdleidsters.
Wij stellen u voor de hiervoor vermelde procedure voor de benoeming
van directeuren van de per 1 augustus 1985 te vormen openbare basis
scholen vast te stellen en daartoe te nemen een besluit, waarvan
het concept voor u bij de raadsstukken ter inzage ligt.
Burgemeester en wethouders der gemeente Boarnsterhim,
de secretaris, de burgemeester,
P.H. Starreveld B.G. Holtrop