-2-
Op bouwplan 4 zijn van toepassing de voorschriften behorende bij
het bestemmingsplan "Kern Roordahuizum"Het betreffende perceel
is bestemd voor Actieve recreatie (artikel 12 van de voorschriften).
Het bouwplan voorziet in een berging buiten het op de plankaart
aangegeven bebouwingsvlak. Omdat de behoefte aan bergruimte bij
dit sportterrein dringend is te achten, zijn wij ondanks de strijdig
heid met het bestemmingsplan voornemens de benodigde medewerking
aan het bouwplan te verlenen langs de weg van een "artikel-19-proce-
dure"
Op het bouwplan onder 5 zijn van toepassing de voorschriften van
het bestemmingsplan "Kom Grouw"Het betreffende perceel is gelegen
in het gebied Oosterveld waarvoor een nader uitwerkingsplan in
voorbereiding is.
Zolang een ontwerp-uitwerkingsplan nog niet ter inzage is gelegd,
geldt een bouwverbod in dit gebied. Aangezien het bouwplan past
binnen de uitwerkingsregels voor dit gebied en ook past in het
voor-ontwerp van het uitwerkingsplan, zijn wij voornemens om langs
de weg van een "artikel-19-procedure" de benodigde medewerking
te verlenen.
Op het bouwplan onder 6 zijn van toepassing de voorschriften behorende
bij het uitbreidingsplan in onderdelen voor de kern van Grouw (1960).
Ingevolge deze voorschriften mag op het betreffende perceel aan
bijgebouwen niet meer worden opgericht dan 20 m2 De totale oppervlak
te aan bijgebouwen komt na realisering van het ingediende bouwplan
op circa 23 m2
Deze overschrijding is echter alleszins aanvaardbaar. Op basis
van de in voorbereiding zijnde regeling erfbebouwing kan worden
geconcludeerd dat de gewenste garage/berging binnen de thans meer
gebruikelijke normstelling voor bijgebouwen blijft. Bovendien kan
bij realisering van het bouwplan de huidige in slechte staat verkeren
de berging worden verwijderd. Wij zijn voornemens de gevraagde
medewerking te verlenen middels het volgen van een "artikel-19-proce-
dure"
Op bouwplan 7 zijn van toepassing de voorschriften van het bestem
mingsplan Oldeboorn - Súdkant. Ingevolge het rechtsgeldige plan
mag op het betreffende perceel niet een bedrijfswoning worden opge
richt. Aan het voorschrift op grond waarvan dit zonder meer wel
mogelijk was, hebben Gedeputeerde Staten namelijk de goedkeuring
onthouden. Het genoemde college vond dat bouw van een bedrijfswoning
pas mogelijk zou mogen zijn na verlening van vrijstelling van een
daartoe strekkend verbod. Bij deze zienswijze hebben wij ons neerge-
iegd.
Als gevolg van één en ander kan aan de bouw van een bedrijfswoning
op dit bedrijfsterrein pas worden meegewerkt nadat vrijstelling
van het geldende bestemmingsplan is verleend op grond van artikel
19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.
Wij zijn voornemens langs deze weg medewerking aan het bouwplan
te verlenen.
Naast deze bouwplannen zijn bij ons ook ingediend een tweetal verzoe
ken om uitbreidingen van verhardingen bij boorlokaties in onze
gemeente. Het gaat om de lokaties Rauwerd- 1 (aan de Hegedyk) en
Rauwerd-2 (aan de Rijksweg 352 ten noorden van Irnsum)
