GEMEENTE BOARNSTERHIM
4. Voorstel te besluiten het bedrijf
Tasma te Grouw niet te saneren.
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 8 april 1986.
Op 19 november 1985 heeft uw raad besloten tot het aangaan van
een overeenkomst tot compromis teneinde duidelijkheid te kunnen
krijgen welke vergoeding de gemeente aan Tasma diende te betalen
indien uw raad zou besluiten tot uitvoering van het bestemmingsplan
in onderdelen Kern Grouw middels het saneren van het bedrijf van
Tasma. In het voor u bij de raadsstukken ter inzage liggende bindend
advies staat vermeld welke prijs betaald moet worden indien u besluit
tot het op korte termijn uitvoeren van genoemd bestemmingsplan.
Naar onze mening is de hoogte van het bedrag onevenredig hoog met
het bedrag dat gediend is met het op korte termijp tot uitvoering
brengen van het bestemmingsplan in casu het realiseren van een
betere cultuur-historisch verantwoorde structuur en het beter zicht
baar maken van de relatie die het dorp Grouw met he^ water heeft.
Overigens worden de doelstellingen en grondslagen van genoemd bestem
mingsplan door ons niet verlaten of in twijfel getrokken. Slechts
de prijs die samenhangt met het op korte termijn realiseren van
de doelstelling achten wij in strijd met het financieel belang
van de gemeente. Wij zijn dan ook van mening dat niet op korte
termijn tot sanering van genoemd bedrijf moet worden overgegaan.
Dit houdt in dat Tasma de exploitatie van zijn bedrijf op basis
van de overgangsbepalingen van genoemd plan normaal kan voortzetten.
Het vasthouden aan de doelstellingen en grondslagen van genoemd
bestemmingsplan brengt naar ons oordeel mee dat de huurverhouding
tussen de gemeente en Tasma niet met een eventuele opvolger van
Tasma gecontinueerd dient te worden. Op het moment dat de heer
Tasma zijn bedrijf niet zelf meer daadwerkelijk exploiteert kan
de huurverhouding tussen de heer Tasma en de gemeente ongedaan
worden gemaakt waarna getracht kan worden genoemde doelstellingen
middels uitvoering van het bestemmingsplan al dan niet gedeeltelijk
te realiseren.
Het eventueel thans inbestemmen van het bedrijf en het daarmee
thans loslaten van genoemde doelstellingen zou het realiseren daarvan
ook in de verdere toekomst ernstig bemoeilijken nog daargelaten
het antwoord op de vraag of een dergelijke bestemmingswijziging
wenselijk enl^of planologisch haalbaar is.
Gezien het bovenstaande stellen wij u voor onder handhaving van
het huidige bestemmingsplan niet tot sanering van het bedrijf van
Tasma over te gaan.
Het daartoe strekkende ontwerp-besluit ligt met de vele
op deze zaak betrekking hebbende stukken voor u bij de raadsstukken
ter inzage.
Burgemeester en wethouders der gemeente Boarnsterhim
de secretaris, de burgemeester,
P.H. Starreveld. B.G. Holtrop.