-9-
4. Antwoord
Gelet op de omvang van de gemeente menen wij, dat het aantal van
twee parttime wethouders onvoldoende is om de bestuurlijke taak van
de gemeente te kunnen vervullen.
5. Opmerking/kanttekening
MZC Meer aandacht besteden aan het opstellen van de begrotingen.
5. Antwoord
De begrotingen vereisen, mede door de financiële ontwikkelingen, een
continue aandacht. Bijzondere aandacht zal moeten worden besteed aan
de uitvoering van de begrotingen. Inmiddels is al een aantal
maatregelen genomen die er toe zullen leiden, dat tussentijdse
beleidsbijstellingen ook worden vertaald in de primitieve
begrotingen.
6. Opmerking/kanttekening
MZC Graag een onderzoek of een aanvraag voor de "art. 12"
status geen oplossing kan bieden.
6Antwoord
Wij hebben ons terzake georiënteerd. Gebleken is, dat in de huidige
omstandigheden een aanvraag voor een bijzondere rijksuitkering geen
enkele kans van slagen heeft.
Artikel 12 van de Financiële Verhoudingswet 1984 opent voor
gemeenten die - ondanks dat ze hun eigen inkomsten tot een redelijk
peil hebben opgevoerd - niet in staat zijn de eindjes aan elkaar te
knopen, de mogelijkheid om aanvullende steun van het rijk te krijgen.
Voorwaarde voor deze aanvullende steun is, dat er verstorende
factoren moeten zijn, waarop het gemeentelijk beleid geen invloed
heeft. Te denken valt in dit verband aan extra hoge kosten voor
wegenonderhoud als gevolg van een slechte bodemgesteldheid of hoge
kosten van sociale zorg als gevolg van grote werkloosheid.
Op basis van de huidige begrotingscijfers moet worden aangenomen,
dat zich in onze gemeente geen verstorende factoren voordoen als
hierboven bedoeld.
Verder willen wij in dit verband nog opmerken, dat de bijdragen aan
het grondbedrijf als oneigenlijk wordt aangemerkt en als zodanig
uit het begrotingstekort wordt geëlimineerd alvorens een eventuele
aanvraag voor een uitkering op grond van artikel 12 wordt
beoordeeld. Het zelfde geldt t.a.v. een bedrag van f 300.000,-
(f 17,- per inwoner) dat als een aanvaardbaar tekort wordt
aangehouden
Op grond van het vorenstaande alsmede gelet op de nog aanwezige
belastingcapaciteit van ongeveer f 600.000,- zien wij op dit moment
geen redenen u voor te stellen om aanvullende rijkssteun aan te
vragen.
0320R 9