-12- 12Antwoord Bij het nu voorgestelde bedrag van f 80.000,realiseren wij ons, dat hiermee een aanzienlijk beroep wordt gedaan op de georganiseerde sport. Overleg over de mogelijkheden zal dan ook noodzakelijk zijn. Onder bepaalde randvoorwaarden (bv. minimum kwaliteitsnorm onderhoudsniveau) achten wij alles bespreekbaar. Het op voorhand aangeven van concrete door ons overwogen maatregelen zal belemmerend werken op het nog te voeren overleg. Wij geven derhalve de voorkeur aan een open gesprek met "de sport" Het opnieuw formuleren van beleid kan daarbij een hulpmiddel zijn. Het opstellen van een sportnota vinden wij dan ook een goede gedachte. Wij zullen een en ander in de prioriteitstelling betrekken. Het gaat ons echter te ver om het overleg over bezuinigingen afhankelijk te stellen van het opstellen van een sportnota. Het lijkt dan net alsof er nu in het geheel geen beleid zou zijn, hetgeen niet overeenkomt met de werkelijkheid. Het al dan niet onevenredig getroffen zijn vinden wij minder relevant, omdat het er in het bestuur niet om gaat de "pijn" zo evenredig mogelijk te verdelen, maar om op basis van een politieke afweging tot keuzes te komen. In het overleg met de georganiseerde sport willen wij niets onbespreekbaar achten. Het (deels) privatiseren van het beheer en onderhoud willen wij wel degelijk als mogelijkheid onder ogen zien. Eerdere uitspraken van portefeuillehouders moeten worden gezien in het licht van de toenmalige financiële omstandigheden en gelden derhalve nu niet meer. Het te bezuinigen bedrag staat niet absoluut vast, maar wordt door ons wel als indicatief gezien. 13Opmerking/kanttekening AFD2 Is het mogelijk/wenselijk het aantal te onderhouden sportvelden te verminderen i.p.v. op het onderhoud te bezuinigen? 13Antwoord In principe is het mogelijk het aantal te onderhouden sportvelden te verminderen. Dat kan door de velden te sluiten en af te stoten of te verhuren excl. onderhoud. Bedacht moet worden dat het bij een sportveld niet gaat om een simpele schapenweide, maar om een kapitaalgoed met aanzienlijke waarde. Het instandhouden van dat kapitaalgoed vraagt een grote onderhoudsinspanning. Is de capaciteit daartoe niet aanwezig, dan vervalt dat kapitaalgoed. Een kwestie van kiezen dus. 14. Opmerking/kanttekening AFD2 Is het college bereid een extern bureau in de arm te nemen teneinde de gemeentelijke organisatie door te lichten? 0320R

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1988 | | pagina 41