7. Voorstel tot wijziging van de legesverordening. Aan de gemeenteraad. Grouw, 30 september 1988. In de huidige legesverordening is voor een ontheffing op grond van de Ligplaatsverordening Friesland een uniform tarief vastgesteld van 95, Dit éénheidstarief sluit niet aan op de diversiteit in het ontheffingenstelsel in deze verordening en sluit evenmin aan op het vastgestelde uitvoeringsbeleid. Om afstemming op de wijze van uitvoering van de Ligplaatsen verordening te krijgen wordt een differentiatie in de tariefstelling van de diverse ontheffingen voorgesteld. De voorgestelde tariefstelling is gabseerd op de wijze van uitvoering van de Ligplaatsenverordening. Bij de vaststelling van dat beleid heeft uw raad bepaald dat de uitvoering van deze verordening in beginsel kostendekkend moet zijn. Naast de opbrengsten uit de ligoevers moeten de uitvoeringskosten worden goedgemaakt door leges uit de ontheffingen zoals deze in de Ligplaatsenverordening zijn opgenomen. Het in deze verordening opgenomen verbod tot het innemen van een ligplaats is uitgesplitst in drie soorten ontheffing: a. voor pleziervaartuigen waarvoor (tijdelijk) geen vervangende ligplaats aanwezig is; b. voor recreatief gebruik woonarken en c. de overige vaartuigen. a. Pleziervaartuigen waarvoor geen vervangende ligplaats aanwezig is. Voorkomen moet worden dat vaartuigen waarvoor tijdelijk geen vervangende ligplaats aan een ligoever of in een jachthaven aanwezig is, ten aanzien van de vaartuigen die wel van een vervangende ligplaats gebruik moeten maken, in een bevoorrechte positie blijven. Bij de tariefstelling is uitgegaan van het gangbare ligoevertarief b. Recreatief gebruikte woonarken. Bij de uitvoeringsbepalingen is gesteld dat de in het verleden gelegaliseerde recreatie-arken, in afwachting van hun toekomstige inbestemming, een ontheffing voor onbepaalde duur wordt verleend, gekoppeld aan vaartuig èn eigenaar. GEMEENTE BOARNSTERHIM 0041V 13

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1988 | | pagina 23