28a. Voorstel tot vaststelling van de
vergoedingen bedoeld in de artike
len 73 en 127 van de Kleuteronder
wijswet, juncto artikel E 20 van
de Overgangswet Wet op het Basis
onderwijs (O.W.B.O.) ten behoeve
van de bijzondere kleuterscholen
over de periode 1 januari 1985 tot
en met 31 juli 1985.
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 9 december 1988.
Door de inwerkingtreding van de Wet op het Basisonderwijs op 1
augustus 1985 zijn de vergoedingen voor het kleuter- en
lageronderwijs voor dat jaar gebaseerd op de periode 1 januari 1985
tot en met 31 juli 1985, te weten zeven maanden.
Onder de Kleuter- en Lageronderwijswet was het gemiddeld aantal
leerlingen over een kalenderjaar bepalend voor de hoogte van de
exploitatiekostenvergoeding. Als gemiddelde werd daarbij
aangehouden, het gemiddeld aantal leerlingen op 16 januari, 16 april
en 16 oktober.
Voor 1985 is daarop een uitzondering gemaakt. Artikel E 20 van de
O.W.B.O. bepaalt namelijk dat als peildatum 16 januari 1985 dient te
worden aangehouden.
Het aantal leerlingen op 16 januari 1985 is dus medebepalend voor de
hoogte van de exploitatiekostenvergoeding.
Voorts moet de gemeente ingevolge artikel 75, derde lid van de
Kleuteronderwijswet jaarlijks voor 1 december het bedrag bepalen van
de vergoedingen, bedoeld in artikel 73, le en 2e lid van de
Kleuteronderwijswet over het afgelopen jaar.
Het gaat hier om vergoedingen waarop de besturen van de bijzondere
kleuterscholen aanspraak kunnen maken wegens:
a. onderhoud, verlichting, verwarming en schoonhouden van de
schoolgebouwen, en
b. het onderhoud van schoolmeubelen, ontwikkelingsmateriaal,
hulpmiddelen en schoolbehoeften (wegens vervanging of aanvulling
door verbruik), alsmede andere uitgaven ter verzekering van de
goede gang van het onderwijs.
Voor de onder a. genoemde uitgaven wordt jaarlijks door de Minister
van Onderwijs en Wetenschappen een vergoeding per lokaal bepaald,
terwijl voor de onder b. genoemde uitgaven een vergoeding per
kleuter wordt vastgesteld.
Voor 1985 zijn deze vergoedingen voorlopig vastgesteld op
respectievelijk 4.544,en 97,(circulaire BO/FE 86016746 van
20 februari 1987).
Daarnaast ontvangt het bestuur van de bijzondere kleuterschool te
Wartena op grond van artikel 127 der Kleuteronderwijswet een
vergoeding van de door hen voor het schoolgebouw aan de gemeente
betaalde huur. Het schoolgebouw is namelijk eigendom van de gemeente
en wordt sinds 1 januari 1956 verhuurd aan de Stichting
Kleuterschool te Wartena. De huursom wordt op grond van de
Kleuteronderwijswet geheel door het Rijk vergoed. Voor 1985 is deze
vergoeding (voorlopig) vastgesteld op 7/12 x 22.198,48
12.949,11.
0401R