GEMEENTE BOARNSTERHIM 28n. Voorstel tot voorlopige vaststel ling van de bedragen, bedoeld in artikel 55 ter der Lager-Onderwijs- wet 1920 over de periode 1984 tot en met 31 juli 1985. Aan de gemeenteraad, Grouw, 9 december 1988. Ingevolge artikel 55 ter der Lager-Onderwijswet 1920 dient u jaarlijks vóór 1 december voor de openbare scholen voor gewoon en voortgezet gewoon lager onderwijs voorlopig vast te stellen: a. het bedrag, dat de gemeente in het voorafgaande kalenderjaar terzake van de in artikel 55 bis der Wet bedoelde kosten voor die scholen werkelijk heeft uitgegeven; b. het bedrag, dat overeenkomstig het krachtens dat artikel per leerling bepaalde bedrag in verband met het aantal leerlingen aan die scholen voor dat kalenderjaar daarvoor beschikbaar was gesteld; c. indien het onder a bedoelde bedrag verschilt van dat onder b, het bedrag van het verschil. Voorts moeten ingevolge artikel 55 ter van genoemde wet om de vijf jaren voorlopig worden vastgesteld: d. het totaal van de bedragen, dat de gemeente in de vijf voor afgaande jaren terzake van de in artikel 55 bis bedoelde kosten voor de openbare scholen voor gewoon en voortgezet gewoon lager onderwijs werkelijk heeft uitgegeven; e. het totaal van de bedragen, dat overeenkomstig de krachtens dit artikel per leerling bepaalde bedragen in verband met het aantal leerlingen aan die scholen voor dit tijdvak daarvoor beschikbaar was gesteld; f. indien het onder d bedoelde bedrag dat onder e overschrijdt, het bedrag per leerling der overschrijding. Overeenkomstig de feitelijke toestand moeten de hiervoor vermelde bedragen voor genoemde periode worden bepaald als aangegeven in het concept-besluit dat'bij de raadsstukken ter inzage ligt. Wij stellen u voor, dienovereenkomstig te besluiten. Burgemeester en wethouders der gemeente Boarnsterhim, de secretaris, de burgemeester, P.H. Starreveld. B.G. Holtrop. 0401R

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1988 | | pagina 75