GEMEENTE BOARNSTERHIM
29. Voorstel tot het nemen van een
voorbereidingsbesluit als bedoeld
in artikel 21 van de Wet op de
Ruimtelijke Ordening ten behoeve
van de bouw van een kantine annex
keuken bij een kampeerboerderij in
Terherne.
Aan de gemeenteraad.
Grou, 16 juni 1989.
1. Het verzoek.
De heer Hettinga te Terherne heeft een verzoek aan uw raad
gericht om het bestemmingsplan buitengebied van de gemeente
Utingeradeel aan te passen ten behoeve van de bouw van een
kantine/keuken bij de kampeerboerderij op zijn perceel Utbuorren
48 te Terherne.
2. De beoordeling.
In het bestemmingsplan buitengebied van de gemeente Utingeradeel
is het betreffende perceel bestemd als Agrarische doeleinden,
klasse B (agrarisch bouwperceel). Op de plankaart is het perceel
van de heer Hettinga voorzien van een K (kamperen toegestaan).
Aan deze aanduiding is de mogelijkheid verbonden om het
betreffende perceel te wijzigen (artikel 11 WRO) in de
bestemming recreatiebedrijven. Bij toepassing van deze wijziging
is op het perceel een hoofdgebouw toegestaan, alsmede beheers-
gebouwen met een oppervlakte van 200 m2.
De heer Hettinga oefent echter nog steeds het agrarisch bedrijf
uit. Het bieden van overnachtingsmogelijkheden vormt voor hem
een nevenactiviteit. Deze combinatie van functies behoort niet
tot de mogelijkheden van de eerderomschreven wijzigingsbevoegd
heid. Immers na toepassing van de wijziging krijgt het perceel
een nieuwe bestemming. Als nu besloten wordt de wijziging toe te
passen op een deel van het huidige bouwperceel, geeft dit
juridisch de mogelijkheid om ter plekke twee hoofdgebouwen te
realiseren: één ten behoeve van het agrarische bedrijf en één
ten behoeve van het recreatiebedrijf. Dit moet onwenselijk
worden geacht.
Anderzijds wekt de regeling als vooromschreven wel de indruk de
bedoeling te hebben om toegepast te worden in gevallen als dat
van Hettinga. Ten onrechte is er een soort zwart-wit redenering
in het plan verwerkt, die in de praktijk weinig zal worden
aangetroffen. Het zal in het algemeen niet zo zijn dat een
agrarisch bedrijf ineens wordt omgezet in een recreatiebedrijf.
Veelal zal er eerst een tussenfase zijn, waarin er sprake is van
een combinatie van functies. Zoals gezegd, biedt het
bestemmingsplan hiertoe niet de mogelijkheden.
Uit het bestemmingsplan spreekt echter de intentie om in
gevallen als hét onderhavige wel medewerking te verlenen.
0064V 4
