GEMEENTE BOARNSTERHIM 18. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor de uitvoering van een bodemsanering op de percelen Rijksweg 48 en 50 te Jirnsum. Aan de gemeenteraad. Grou, 9 november 1990. In het kader van de uitvoering van dorpsvernieuwingsplannen in Jirnsum is overeenstemming bereikt met aannemingsbedrijf Sj Riemersma ten aanzien van de verplaatsing van dit bedrijf naar het industrieterrein "It String". In dit verband herinneren wij uw raad aan het op 4 september jongstleden genomen besluit met betrekking tot de aankoop van het pand Rijksweg 50. Teneinde niet alleen het bedrijf te kunnen verplaatsen, maar ook een stuk dorpsvernieuwing te kunnen realiseren, is het noodzakelijk dat de geconstateerde bodemvervuiling op de percelen Rijksweg 48 en 50 wordt weggenomen. Om dit op korte termijn te kunnen verwezenlijken is, op bestuurlijk niveau, een gesprek gevoerd met de provincie. De bodemsanering moet namelijk worden uitgevoerd binnen het provinciaal bodemsanerings programma. Tijdens dit gesprek is komen vast te staan, dat de provincie geen geldmiddelen kon vrijmaken voor een sanering op korte termijn. Pas na 1996 zag men wellicht mogelijkheden. Op 24 oktober jongstleden werd echter van de zijde van de provincie medegedeeld, dat geheel onverwacht, door het Rijk extra geldmiddelen beschikbaar waren gesteld voor het nog daadwerkelijk uitvoeren van een aantal saneringsoperaties in 1990. Gevraagd werd, of onze gemeente kans zou zien het project Riemersma hiervoor in aanmerking te laten komen. Onmiddellijk werd hieromtrent met de heer Riemersma overleg gevoerd. Dit overleg heeft geresulteerd in de bereidheid van de heer Riemersma om binnen de door de provincie gestelde randvoorwaarde (uitvoering 1990) aan het project mee te werken. Het hiernavolgende contact met de provincie heeft geresulteerd in een toezegging, dat voor het onderhavige project nu daadwerkelijk geld is gereserveerd. Met betrekking tot de financiële kant van de zaak het volgende. Bij een normale uitvoering van een saneringsoperatie, binnen de kaders van de Interimwet bodemsanering, geldt de regel, dat de gemeente gehouden is het zogenaamde "drempelbedrag te betalen, vermeerderd met 10% van de meerkosten. De provincie heeft reeds schriftelijk laten weten, dat bij een versnelde uitvoering ten opzichte van het provinciaal programma, vooral daar waar een duidelijk gemeentelijk belang in het geding is, van mening te zijn, dat de gemeente extra moet bijdragen. Ook in bovengenoemd gesprek is dit nog eens duidelijk naar voren gekomen. 0097V

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1990 | | pagina 60