de peuterspeelzalen;
op een aantal lokaties de ouderbijdrage kan de ouderbijdrage naar draag
kracht verhoogd worden, tevens dienen gezien de grote onderlinge verschillen
de personeelskosten beperkt te worden, door een combinatie van professionele
begeleiding en vrijwilligerswerk;
de besparing die te bereiken is wordt na overleg met de betrokken instellingen
geschat op 18.000,op jaarbasis; bij grotere besparingen zijn niet alle
voorzieningen meer te handhaven.
de bibliotheekvoorziening;
in overleg met het bibliotheekwerk is nagegaan welke besparingen mogelijk
zijn; handhaving van de huidige bibliotheken en een lage drempel voor
jeugdleden en ouderen blijft een uitgangspunt; een oplopend bedrag tot
maximaal 30.000,op jaarbasis (met als gevolg dat in de kleinste
afhankelijke dorpen geen bibliobus meer komt) is het maximaal haalbare.
de muziekschool Boarnsterhim;
deze voorziening dient gehandhaafd te blijven, maar een beperkte verhoging
van de bijdrage voor mensen uit de hogere inkomensklassen lijkt aanvaard
baar. De besparingen zijn gering.
sociaal-cultureelwerk;
de bijdragen ten behoeve van cursussen Fries staan vooralsnog niet ter
discussie, de overige kosten ruim 81.000,betreffen subsidies voor lokale
verenigingen. Met name voor de kleine dorpen is het verenigingsleven van een
zo grote betekenis voor de toekomstige leefbaarheid, dat de subsidies niet ter
discussie worden gesteld. De maximaal berijkbare besparingen bedragen op
termijn daarom 10.000,
emancipatiebeleid;
emancipatiebeleid is nog steeds een belangrijk thema, waarop niet bespaard
dient te worden; besparingen met betrekking tot ambtelijke ondersteuning
zijn mogelijk zonder dat het emancipatiewerk hiervan nadelige invloed
ondervindt. Een besparing van ca. 10.000,is daardoor op termijn
mogelijk.
de basiseducatie;
deze voldoet al aan de criteria.
vrede en solidariteit;
een continuering van de activiteiten is mogelijk zonder ambtelijke bijstand,
waardoor een besparing van 10.000,kon worden bereikt.
jeugdwerk;
de speeltuinen dienen gehandhaafd te worden;
onderzocht wordt of het huidige budget voor club- en buurthuiswerk en voor
de speel-o-theek effectiever kan worden besteed.
Het oprichten van nieuwe voorzieningen en de exploitatie daarvan wordt niet als
een gemeentelijke kerntaak gezien. Dit zelfde geldt voor nieuwe taakvelden van
de gemeente.