Ten aanzien van dit onderdeel van het project-voorstel merken wij het volgende op. De toekomstige woonuitbreiding van Grou, nadat het gebied Meinga is volgebouwd, is gepland óf ten noorden van Grou, voorbij het bedrijventerrein Biensma, óf vanaf de Boome bij Jimsum rich ting Grou. Het Bestuursplan geeft deze twee opties aan op grond waarvan nog een nader onderzoek verricht zal moeten worden. Een uitbreiding van Grou op het gebied Goattum verdient vanuit een planologische invalshoek de voorkeur. Hierdoor ontstaat er qua structuur een logische opbouw van Grou waarbij zoals nu ook het geval is, geprofiteerd kan worden van de natuurlijke ligging aan het water, in deze het Pikmeer maar ook aan het dan oude tracé van het Prinses Margrietkanaal. Het is de bedoeling het kanaal op te waarderen naar klasse V sta tus op grond waarvan de duwvaart kan plaatsvinden. Bij het huidi ge tracé kan er geen afstand meer geschapen worden tussen het kanaal en de bestaande woonbebouwing langs het kanaal. Bij een verlegging van het tracé langs het Nauwe en het Wijde Deel zijn er voldoende mogelijkheden om een zonering aan te brengen tussen het nieuwe tracé en de geplande woonbebouwing. Dit komt het ka rakter van het gebied en de veiligheid ten goede. In de opzet van Gedeputeerde Staten is er geen enkele verbin ding meer tussen een financiering van de omlegging en de exploi tatie van de geplande woonwijk. De omlegging wordt zelfstandig gefinancierd. In deze financiering zit ook nog de aanleg van twee bruggen over het huidige tracé van het kanaal die Goattum met Grou zullen verbinden. Dit betekent dit Goattum gefaseerd ontwikkeld kan worden, pas send bij het groeitempo van Grou. Tevens wordt de haalbaarheid aanzienlijk vergroot doordat uit de exploitatie twee belangrijke elementen, twee bruggen en de aanleg van een gedeelte van het nieuwe tracé, niet gefinancierd behoeven te worden. Dit is een aanmerkelijk voordeel in vergelijking met het plan van de Gront- mi j Zoals wij al eerder hebben opgemerkt, heeft ons college enige kanttekeningen geplaatst bij het thans voorgestelde tracé. Door deze tracé-keuze kan de voorgestelde verdere ontwikkeling van de Suderburd eigenlijk niet meer plaatsvinden. Tevens wordt het merengebied bij Grou, het Pikmeer/de eerste 15 hectare water op de Suderburd en de Wijde Ee doorsneden. Wij achten een tracé-keuze waarbij een merengebied voor de watertoerist ontstaat dat vrij wordt gehouden van obstakels in de zin van een vaarweg voor de beroepsvaart het meest voor de hand liggend en het meest wenselijk. Wij benadrukken dat de prominente functie van Grou als centrum van watersport behouden dient te blijven. Binnen de bestaande mogelijkheden opteren wij voor een tracé dat geheel langs de zuidkant van de Wijde Ee loopt, dus tegen de Pean en het It Eilan aan. Op deze wijze ontstaat er een groot vaargebied voor de watersporter vrij van obstakels. Daarnaast kan een gevolg worden gegeven aan de verdere ontwikkeling, hoe wel detailaanpassingen waarschijnlijk nodig zullen zijn, van de Suderburd. Door de door ons voorgestelde tracékeuze gaat er op de Wijde Ee water verloren voor de watersporter. In enige mate wordt dit gecompenseerd door de voorgestane ontwikkelingen op de Suderburd. Daarnaast is het wellicht het overdenken waard om op de Noord- erburd ook nog een waterpartij aan te leggen om zo de Wijde Ee in enige mate te compenseren. RAVRBI..Z0N/RAAD/6

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1993 | | pagina 33