GEMEENTE BOARNSTERHIM Portefeuillehouder: D.J Aukes-Huizinga. 8. Voorstel aangaande de verde ling van dorpsvernieuwings gelden voor 1994. Aan de gemeenteraad. Grou, 4 februari 1994. Zoals bekend heeft de gemeente met ingang van 1 januari 1994 geen eigen beleidsvrijheid meer om de haar in beginsel toekomende geldmid delen uit het provinciale budget voor de uitvoering van dorpsvernieu wingsplannen toe te delen. De provincie bepaalt voortaan, op basis van een toe te kennen urgentie aan door de gemeente in te dienen pro jecten, hoe het geld zal worden besteed. De provincie kijkt hierbij over de gemeentegrenzen heen. Ter uitvoering van dit nieuwe beleid heeft de provincie een tweetal verordemingen in het leven geroepen te weten: de "Verdelinsverordening voor het provinciaal stads- en dorps vernieuwingsfonds 1994" en de "Subsidieverordening voor de particulie re woningverbetering". De (gemeentelijke) "Subsidieverordening Dorps vernieuwing Boarnsterhim"voor het eerst vastgesteld op 12 september 1989, is bij uw besluit van 18 januari 1994 ingetrokken. Onder het nieuwe regime is één uitzondering van kracht. De provincie heeft in de laatstgenoemde verordening bepaald dat de gemeenten zelf richting kunnen geven aan de besteding van de beschikbare geldmidde len voor de verbetering van de bouwtechnische gebreken van particulie re woningen, gemeentelijke monumenten en beeldbepalende panden. De particuliere huurwoningen vallen hier ook onder. Ten aanzien van deze zaken behouden de gemeenten de "loketfunctie". Voor Boarnsterhim is voor dit doel in 1994 een bedrag van f 151.000,00 beschikbaar. In de begroting 1994 is een eigen gemeentelijke bijdrage voor dorps vernieuwingsdoeleinden van f 175.000,00 opgenomen. In totaal is er dus op dit moment een bedrag van f 326.000,00 beschikbaar, ten aan zien waarvan uw raad de verdeling moet vaststellen. In het kader van de voorbereiding van het Volkshuisvestingsbeleids plan is onderzoek verricht naar de kwaliteit van de woningvoorraad. Alle woningen die duidelijk verbetering behoeven zijn geïnventari seerd. Het is zaak dat de schaarse geldmiddelen worden ingezet waar dit het meest doelmatig is. Tot 1 januari 1994 gold, onder de oude gemeentelijke subsidieverordening, dat iedere eigenaar van een parti culiere woning, wanneer aan een aantal criteria was voldaan, in aan merking kwam voor een bijdrage. JJDPSVRN.VST/RO/l

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1994 | | pagina 70