- 2 - Met de goedkeuring vindt bewaking plaats van twee belangrijke aspec ten. In de eerste plaats het financiële risico van de achtervangende partijen (Rijk en gemeenten). In de tweede plaats van de volkshuisves- telijke aspecten van de hypotheekgarantie nieuwe stijl. Gemeenten zijn vrij om deel te nemen aan het WEW. Indien zij per 1 januari 1995 de hypotheekgarantie voor eigen woningen willen laten verstrekken door de stichting, dienen zij een standaardovereenkomst met de stichting te sluiten, waarbij de gemeente zich verplicht aan de stichting achtergestelde, renteloze leningen te verstrekken indien de stichting in financiële problemen dreigt te geraken. Tegelijker tijd verbindt de gemeente zich met de zogenoemde "achtervangovereen- komst" geen gemeentegaranties te zullen verstrekken ten behoeve van kopers van woningen die voldoen aan de normen van de stichting. Aangezien de vergoeding die de stichting aan de kopers vraagt hoog genoeg is om eventuele tegenvallende ontwikkelingen te dekken, mag het risico van de "achtervangers" theoretisch als nihil worden be schouwd. Gemeenten die niet willen participeren in de waarborgfondsconstructie kunnen na 1 januari 1995 zelf gemeentegarantie blijven verstrekken. Hierbij dient echter te worden bedacht dat de huidige 50% rijksdeelne ming voor gemeentegarantie komt te vervallen en de gemeente in dat geval het volledige financiële risico van de borgstelling zal dragen. Voorts komen de Bemiddelende Organen te vervallen, als gevolg waarvan die gemeenten zelf een toetsingsinstrument en de hiervoor benodigde infrastructuur zullen moeten ontwikkelen, wat weer hogere uitvoerings kosten met zich meebrengt. Gemeenten die wensen te participeren in de stichting, hebben de keuze de financiële risisico's die voortvloeien uit de vóór 1 januari 1995 afgegeven garanties over te dragen aan de stichting. De afkoop van deze risico's heeft betrekking op verliezen, die voort vloeien uit de tot eind 1994 opgebouwde garantieportefeuille op grond van de 50% rijksdeelnemingsregeling. Voor de gemeente Boarnsterhim is dit een garantiebedrag van f 100 miljoen, met een 1100 stuks lopende garanties per 1 januari 1994. Afkoop van de financiële verplichtingen houdt niet in dat ook de uit voering van de bestaande portefeuille volledig wordt overgedragen aan de stichting. De uitvoering van de bestaande portefeuille bestaat thans uit de vol gende elementen: 1. beheer van de lopende dossiers; 2. verwerking van de mutaties in de lopende verplichtingen; 3. behandeling van betalingsproblemen; 4. beoordeling van de declaratie; 5. uitbetaling aan de financier; 6. opstellen van declaratie aan het Rijk; en 7. uitoefening van het regresrecht. De gemeente, die afkoopt blijft de elementen 1 t/m 4 uitvoeren, de stichting verzorgt de elementen 5 t/m 7. Het belangrijkste voordeel van de afkoop is dat het financiële risico van de garantieverlening voor de gemeente beheersbaar wordt gemaakt. Thans moet een gemeente van jaar tot jaar maar afwachten wat de om vang van de schade is. Met de afkoop van de lopende verplichtingen worden in elk geval de marges van die uitgaven vastgelegd.

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1994 | | pagina 44