2
Technisch Buro Hager B.V. e.a., namens hen Riedstra
Tuinman Sleijfer, advocaten
Reclamant vermeld in zijn zienswijze, dat de huidige
vestigingslocatie aan hem verkocht is als zichtlocatie vanaf de
rijksweg 32. Door het voorliggende bestemmingsplan wordt de
bedoelde zichtrelatie ontnomen bij invulling van het hoogwaardige
terrein. Reclamant leidt daarbij schade, welke niet in voldoende mate
wordt gecompenseerd door een reclame-uiting langs de A32.
Daarnaast maakt reclamant zich zorgen over de invulling van het
hoogwaardige bedrijventerrein met onder andere een garagebedrijf
en een transportbedrijf.
De gemeente is er zich bewust van dat verwachtingen zijn gewekt
over een zichtrelatie tussen het bedrijf van reclamant en de A32.
Mede naar aanleiding van de inspraak-procedure is de gemeente
daarom in overleg getreden met reclamant en andere bedrijven. Doel
van dit overleg was een oplossing te vinden die voor alle partijen
aanvaardbaar en redelijk is. Van gemeentewege is daarbij
aangegeven dat zowel in de sfeer van een reclame-uiting als in de
sfeer van financiële compensatie oplossingen bespreekbaar zijn.
De gemeente is er zich bewust van dat er nog geen definitieve
afspraken in deze zin zijn gemaakt, maar streeft er nog steeds naar
om deze te realiseren voordat de raad het bestemmingsplan vast
stelt.
Ten aanzien van de invulling van het hoogwaardige terrein lopen
een aantal gesprekken tussen kandidaten en de gemeente.
Uitgangspunt van deze gesprekken is telkens de ontwerp-
bestemmingsregeling zoals die in het onderwerpelijke plan is
opgenomen. Ook naar de toekomst zal deze bestemmingsregeling
het uitgangspunt blijven.
Gelet op het voorgaande, gelet op de mogelijkheid van artikel 49
Wet op de Ruimtelijke Ordening, indien géén overeenstemming
wordt bereikt over de schade, adviseren wij het bezwaar ongegrond
te verklaren.
4
0250682.N01