- 2 - C-kandidaten 4.500, - Achtergronden nieuw systeem: Het onderscheid in leeftijd en non profit/profit sector blijft gehandhaafd Er zijn gemeenten die dit onderscheid er uit hebben gehaald. Achterliggende gedachte voor deze gemeenten is dat een plaatsing in profit sector meer per spectief op doorstroom biedt, terwijl de inleenvergoedingen die in deze sec tor gevraagd worden hoger zijn. Dit wordt als onredelijk beschouwd. Reden voor onze gemeente om toch onderscheid te blijven maken is dat wij er voor willen waken dat er inleenplekken verloren gaan omdat de inleenvergoe- ding voor 2000 ten opzichte van 1999 ineens behoorlijk gaat stijgen. De non profit sector is over het algemeen toch minder kapitaalkrachtig en gezien de samenstelling van ons huidige bestand (relatief veel fase 4-clienten) zijn beschikbare instroomplekken in de non profit sector van groot belang. Voor de non profit sector verandert er wat betreft inleenvergoeding dus niets. Voor een jongere blijft de inleenvergoeding 1.000,- en voor werkne mer ouder dan 23 jaar 4.500,-. Voor de profitsector geldt wel het nieuwe systeem waarbij de vergoeding wordt vastgesteld per categorie met daarin de vrijheid om individueel afwij kende afspraken te maken. Bij het opzetten van het nieuw systeem is zoveel mogelijk afstemming gezocht met het door gemeente Leeuwarden gevoerde beleid. De stichting Werkwijzer voert de WIW-dienstbetrekkingen ook voor deze gemeente uit en wij staan op het standpunt dat het systeem van inleenvergoedingen zo eenduidig mogelijk moet zijn voor de inlenende instanties en ook voor de uitvoerende organisa tie. Uitgangspunten nieuw systeem: C-kandidaten plaatsen in de non-profit sector; A en B-kandidaten in de profitsector. Zoveel mogelijk zorgen voor uitbreiding werkplekken in profitsector om zo meer uitstroom te realiseren en de inkomsten uit de inleenvergoedingen te verhogen Het systeem gaat gelden voor nieuw te plaatsen kandidaten en bij kandida ten die het traject voortzetten in de profitsector en toe zijn aan een nieuw onderhandelingsmoment Een andere belangrijke wijziging in de overeenkomst is dat de gemiddelde kosten voor uitvoering en begeleiding per WIW-deelnemer gestegen zijn van 3.250,- naar 3.600,-. Deze verhoging wordt veroorzaakt door toepassing van de prijsindex en doorberekening van de integrale kosten. Deze verhoging is nodig om uitvoering van de WIW voor de stichting Werkwijzer haalbaar kos tendekkend te maken. Dekking hiervoor is te vinden op de post WIW-werkfonds Een laatste wijziging is de opname van een streefaantal (50) en minimumaan tal (45) deelnemers. Dit om te voorkomen dat gaande weg het jaar verschillen ontstaan over taakstelling van deelnemers. Om de voortgang beter te bewaken zal om de drie maanden overleg plaatsvinden over de ontwikkeling van de deelnemers De wijzigingen zijn allemaal opgenomen in de bijgevoegde overeenkomst. Gezien het feit dat het hier om een verlenging gaat willen wij voorstellen geen aparte ondertekeningsbijeenkomst te beleggen. raadsvoorstel ww.doc/2

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1999 | | pagina 46