- 2 - Artikel 2 1. Burgemeester en wethouders kunnen aan ambtenaren, die voor eigen bewoning een woning wensen te bouwen, te kopen of een eigen huis, dat door hen zelf wordt of zal worden bewoond, wensen te verbouwen, onder verband van eerste hypotheek een geldlening verstrekken. 2. Een verzoek om toekenning van een zodanige lening moet bij burge meester en wethouders worden ingediend onder overlegging van alle bescheiden, die naar hun mening voor een juiste beoordeling van het verzoek nodig zijn. 3. Een verzoek om toekenning van een geldlening wordt afgewezen indien naar het oordeel van burgemeester en wethouders de uit de hypothecaire geldlening voortvloeiende lasten, inclusief eventue le secundaire financiële verplichtingen, ten opzichte van het inkomen van de ambtenaar te hoog moeten worden geacht. Het inkomen van de partner van een ambtenaar wordt in de bereke ning meegenomen voor maximaal 100% van het inkomen van de ambte naar. Voor de beoordeling hiervan gelden de normen die door de Stich ting Waarborgfonds Eigen Woningen worden gehanteerd bij de beoor deling van garantieaanvragen. Artikel 3 1. De lening kan worden verstrekt tot een bedrag van 100% van: a. de stichtingskosten, bedoeld in artikel 1, sub a; b. de verbouwingskosten, bedoeld in artikel 1, sub b.; c. de koopsom, bedoeld in artikel 1, sub c. 2. Aan de ambtenaar aan wie reeds een geldlening krachtens onderha vige regeling van gemeentewege werd verstrekt en die een lening aanvraagt als bedoeld in artikel 2, ten behoeve van de bouw of aankoop van een woning, één en ander met inachtneming van het bepaalde in artikel 1, letter a en c, kan worden toegestaan de restant-hoofdsom van de eerder verstrekte lening te doen verbin den op het nieuw te verwerven onroerend goed; de restant hoofdsom mag de kosten als bedoeld in artikel 1 niet overschrij den; zo dit bedrag wordt overschreden dient extra aflossing plaats te vinden. In geval van toepassing van dit artikel wordt, naar keuze van de aanvrager, de verdere looptijd van de eerder verstrekte lening tegen het oorspronkelijke rentepercentage gehandhaafd, dan wel geconformeerd aan de looptijd van de nieuw te verstrekken geldlening. Voor de nieuw te verstrekken geldle ning is het bepaalde in artikel 4, lid 1 en 2, van overeenkomsti ge toepassing. 3. Een lening voor het doel, als omschreven in artikel 1, sub b., wordt door burgemeester en wethouders slechts verleend, indien de verbouwingskosten in een redelijke verhouding staan tot de waarde van de te verbouwen woning na voltooiing der verbouwing. Artikel 4 1. De lening kan, zulks naar keuze van de ambtenaar worden a. verstrekt voor ten hoogste 30 jaar; b. afgelost in maximaal 30 jaar bij wijze van annuïteiten of op liniaire basis of op basis van Gemeente Leven Hypotheek. HÏPGLDL.AMB/F/FI/GROENE/2

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2000 | | pagina 72