Naar aanleiding hiervan heeft hij verzocht om een gesprek met de wethouder J. Bouma-Van den Brink. Dit heeft op 14 augustus 2002 plaatsgevonden. De beide heren Baarsma, de heer Tuin- stra, mevrouw J. Bouma-Van den Brink en mevrouw A. Flapper waren hierbij aanwezig. Ten aan zien van de aanleg van de insteekhaven zijn in dit gesprek dezelfde argumenten aangedragen zo als bovengenoemd. Het diepteverschil tussen het PM-kanaal en de Rochsleat is hierbij ook nog aangehaald. De conclusie van dit gesprek was dat ondanks alle argumenten in principe een nega tief advies wordt uitgebracht ten aanzien van de wijze van aanleg en de grootte van de insteek haven conform het op 21 mei 2002 vastgestelde beleid. Argumenten: 1 1 De vervanging van de recreatiewoning is in overeenstemming met de bestemmingsplanvoor schriften van het bestemmingsplan buitengebied Boarnsterhim. De locatie is in het bestemmingsplan buitengebied Boarnsterhim bestemd als een locatie voor een recreatiewoning. Deze gronden zijn bestemd voor verblijfsrecreatie in de vorm van recreatiewo ningen, met dien verstande dat het aantal recreatiewoningen per bestemmingsvlak niet meer dan 1, dan wel op het op de plankaart aangegeven aantal mag bedragen. Op het onderhavige perceel is een recreatiewoning aanwezig en als zodanig inbestemd. Met de vervanging van de recreatie woning blijft de huidige situatie ongewijzigd. Bij herbouw of uitbreiding van de recreatiewoning geldt dat gebouwd moet worden binnen het daarvoor aangegeven bebouwingsvlak met een maximum goothoogte van 3 meter en een maximum bouwhoogte van 6 meter. Bovendien be draagt de oppervlakte per recreatiewoning niet meer dan 70 m2 inclusief al dan niet vrijstaande bijgebouwen, dan wel de bestaande oppervlakte. Het perceel met nummer 1684 is ongeveer 300 m2 groot in een vierkant bouwblok. Hierbinnen moet de recreatiewoning worden gerealiseerd. 2.1 De aanleg van de voorgestelde insteekhaven is in strijd met het op 21 mei 2002 door de ge meenteraad vastgestelde beleid Naar aanleiding van dit beleid is aangegeven dat het college in beginsel niet insteekhavens toe staat, maar dat in uitzonderingssituaties medewerking mogelijk kan zijn onder voorwaarden. Het moet gaan om een insteekhaven aan een drukke (recreatieve) vaarroute, zoals bijvoorbeeld de Staande Mastroute, waardoor de veiligheid en bevaarbaarheid worden verbeterd. Extra aandacht hebben drukke punten zoals bruggen, kruispunten en versmallingen. De insteekhaven moet ver der gerealiseerd worden op eigen erf van aanvrager waarop ook zijn woning is gesitueerd (con form gemeentelijke ligplaatsverordening). 'Losse' insteekhavens in het buitengebied zijn niet mogelijk. Er moet sprake zijn van een passende ruimtelijke ordening, aansluiting moet derhalve zoveel mogelijk gezocht worden bij de bestaande elementen. Aanleg is verder alleen mogelijk in dien er geen sprake is van belangrijke ecologische/natuurvriendelijke oevers/gebieden (zoals bij voorbeeld de aangewezen gebieden/zones binnen de Ecologische Hoofdstructuur (EHS)). Een in steekhaven aan de Rochsleat kan voldoen aan de voorwaarden. De insteekhaven is gesitueerd aan een drukke vaarroute en derhalve komt de aanleg van de insteekhaven de bevaarbaarheid en veiligheid van de Rochsleat ten goede. De insteekhaven wordt verder aangelegd op het erf van de aanvrager, aansluiting wordt gevonden bij de recreatiewoning en er is geen sprake van belang rijke ecologische/natuurvriendelijke oevers/gebieden. Het college kan verder eisen stellen aan situering en afmetingen van een insteekhaven vanwege een goede ruimtelijke ordening. Uitgangspunt daarbij is dat de haven bij voorkeur in de lengte richting gerealiseerd wordt, een soort 'parkeerhaven'. De aanvraag kan hieraan niet voldoen; de insteekhaven wordt op de tekening landinwaarts gesitueerd. Argumenten dat door de beroepsvaart op het Prinses Margrietkanaal er in de Rochsleat ter plaat se verschillen in waterstand van soms wel 50-60 centimeter ontstaan en dat bij de duwvaart er dan nog een hekgolf ontstaat die boten voor de wal tegen en soms haast op de wal gooit (waar bij ligt het perceel op veel lager wal ligt) zijn geen dringende planologische overwegingen om af te wijken van de aanleg van de insteekhaven in de lengterichting. Pagina 3 Verzoek nwe recreatiewoning en aanleg insteekhaven Rochsleat

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2002 | | pagina 54