4.1 Uitvoering van het Woonplan is gebaat bij een verdere structurering van de beleidsmaatrege len uit het Woonplan met daarbij een uitwerking in tijd van de actiepunten Het Woonplan bevat een groot aantal beleidsmaatregelen die ook in de toekomst aandacht en uitwerking vragen. Soms gaat het daarbij ook om acties die zich over verschillende beleidsterrei nen uitstrekken. Om de uitvoering goed vorm te geven is ordening in de beleidsacties zowel qua prioriteit, tijd en verantwoordelijkheden belangrijk. 4.2 In het Woonplan is aangegeven (hoofdstuk 10) dat een goede jaarlijkse monitoring van be lang is. De monitoring kan plaatsvinden in samenhang met: a. jaarlijkse gegevensverzameling voor de woningmarktmonitor Friesland b. (2) jaarlijkse gegevensverzameling voor de Stadsregio c. monitor Herstructurering (in ontwikkeling) d. Woningbehoefte Onderzoek Fryslan (WOBOF) 2003 kwalitatieve gegevens Hoewel de informatie voor a, b, c en d goed bruikbaar is voor de monitoring van het Woonplan, vraagt een systematische informatievoorziening op het gebied van het Wonen om extra aan dacht. De informatieverzameling voor a en b gebeurt tot nu toe niet systematisch, leder jaar kost het veel moeite om de juiste gegevens op het juiste moment te kunnen leveren. Daarnaast vraagt het Woonplan meer op de gemeente zelf toegesneden informatie om deze ook voor uitvoering en evaluatie van het Wonen-beleid te kunnen gebruiken. Een deels geautomatiseerde informatiever zameling draagt in belangrijke mate bij aan het gemeentelijk Wonen-beleid. 4.3 De dynamiek van de ontwikkelingen op het gebied van het Wonen vraagt om flexibiliteit en politieke beleidsbepaling. Door het Woonplan met deelnotitie(s) aan te vullen, kan ingespeeld worden op actuele ontwikke lingen zonder dat het hele Woonplan helemaal herzien hoeft te worden.. De besluitvorming over beleidsmatige aanvullingen hoort thuis bij de Raad en kan er gestalte krijgen door de deelnotities door de Raad vast te laten stellen. Kanttekeningen: - Niet alle punten die de CVO heeft aangegeven zijn opgepakt. Met name daar waar de CVO kri tisch is over contingenten voor een aantal projecten zijn geen wijzigingen doorgevoerd. Het be treft de contingenten voor staande mast route in Wergea en contingenten uit de knelpuntenpot eerste tranche voor Boarnstee-zuid, Akkrum en de aanvragen voor Akkrum Zuid en Wilhelmina- park. Voor deze aanvragen uit de knelpuntenpot is vastgehouden aan het voorstel zoals dat ge zamenlijk met de andere stadsregiogemeenten is ingediend. - Naar aanleiding van het verzoek van de CVO is voor de jaren 1999-2010 een verdeling opge steld in welke categorieën Boarnsterhim denkt te gaan bouwen. Als uitgangspunt wordt de volgende verdeling aangehouden van de toevoegingen aan de wo ningvoorraad (over de gehele periode 1999-2010): ■Eigendomsca tegorie: -Huur 5% -Koop 95% Woningtype: -Appartement 15% -Vrijstaand 45% -Twee onder een kap 40% -Rijwoning Deze verdeling is gebaseerd op de wens om meer huur en meer appartementen te gaan -bouwen dan de afgelopen tijd gebeurd is, om zo aan te kunnen sluiten bij de behoefte. Er is ook uitgegaan van een reële verdeling. Prijsklasse: -Goedkoop 20% -Midden laag 40% -Midden hoog 30% -Duur 10% 08. romh304 vaststelling Woonplan/rogh/4

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2003 | | pagina 21