Binnen de adviesgroep lokaal onderwijs jeugdbeleid is uitvoerig beraadslaagd over de geïnventa riseerde thema's van lokaal onderwijs jeugdbeleid. De totale globale inventarisatie, voor de peri ode 2002-2006, is ondergebracht in één matrix waarin de diverse activiteiten per gebied/groep gebundeld staan. Hierop volgend diende een afweging plaats te vinden met welke activiteiten begonnen dient te worden. De keuze van de activiteiten heeft uiteindelijk plaatsgevonden na een grondige afweging tussen de betrokken instellingen: Kinderopvang, Peuterspeelzalen, Basisonderwijs, Voortgezet Onder wijs, Bibliotkeek en Groene Kruis. Deze instellingen hebben het meeste zicht op de knelpunten en zullen uiteindelijk het beleid moeten dragen en de activiteiten uitvoeren. Ook is gekeken naar een juiste samenhang tussen de activiteiten op lokaal niveau. Op basis van dit alles zijn uiteindelijk een zestal activiteiten met voldoende prioriteit aangeduid waarmee op dit moment gestart dient te worden. In de tijdsfasering is een volledige inventarisatie gemaakt voor de periode tot 2006. Per schooljaar kan gestart worden met activiteiten. Bezien dient ook te worden welke geldmiddelen hiervoor vereist zijn en of deze beschikbaar zijn. In de Voorjaarsnota 2003 is gemeld dat rekening gehouden moet worden met een bedrag van 25.000,-, als zijnde een voorzichtige raming. Inmiddels zijn de activiteiten uitgewerkt en is er een deugdelijke raming van de kosten opgezet. De zes activiteiten worden nader toegelicht in een bijlage evenals de beschikbaarheid van de WE geldmiddelen. Argumenten: Ad 1.1 De voorgestelde activiteiten zijn in overleg met de instellingen tot stand gekomen. De instellingen zullen de voorgestelde activiteiten moeten dragen en uitvoeren. In onze structuur van de adviesgroep lokaal onderwijs jeugdbeleid zijn de instellingen hierin vertegenwoordigd en staan zij hier als zodanig ook achter. In de tekst van de bijlage worden voldoende argumenten aangereikt. Kortheidshalve kan hier dan ook naar verwezen worden. Ad 2.1 Voor deze activiteiten zijn nog geen geldmiddelen beschikbaar. In het kader van lokaal onderwijs jeugdbeleid ontvangt de gemeente van het rijk alleen een bij drage voor WE. Er is voor gekozen om deze geldmiddelen ook gereserveerd te houden voor WE, zodat dit ook gefaseerd uitgebouwd kan worden. Voor eventuele overige activiteiten van lokaal onderwijs jeugdbeleid zal de gemeente dus bereid moeten zijn subsidies te verstrekken. In incidentele gevallen levert de school of het schoolbestuur ook een bijdrage. Lokaal onderwijs jeugdbeleid is echter een taak van de gemeente. Ad 3.1 De schoolbesturen moeten instemmen met de verdeling en bestemming van de geldmid delen. De bestemming van de onderwijsgelden is nog altijd gebaseerd op de financiële gelijkstelling. Lo kaal onderwijs jeugdbeleid of achterstandenbeleid valt hier in aanzet niet onder. Echter de schoolbesturen dienen in het lokale overleg (OOGO) wel overeenstemming te verkrijgen over de inzet van deze geldmiddelen. Vandaar is behandeling in het OOGO noodzakelijk. Kanttekeningen: Niet van toepassing Er is overleg gevoerd met: Adviesgroep lokaal Onderwijs Jeugdbeleid. Schoolbesturenoverleg (OOGO) Pagina 2 12. activiteiten lokaal Onderwijs Jeugdbeleid/owhs/2

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2003 | | pagina 54