Een vergelijkbaar verschil doet zich voor bij de huishoudens met een laag inkomen.
Boarnsterhim scoort ongeveer even hoog als de vergeleken gemeenten. Per 1000 inwoners
is er een licht verschil: 117 gemiddeld, 126 in Boarnsterhim.
Vergelijking gemeenten op basis huishoudens met een laag inkomen en bijstandsontvangers
Gemeente Huishoudens Bijstandsontvangers
Boarnsterhim
2360
222
Westerveld
2380
155
Losser
2560
218
Brummen
2230
209
Groesbeek
2450
265
Wymbritseradiel
1700
93
Dantumadeel
2500
402
Zie voor de bovenstaande gegevens ook bijlage 3 bij de quick scan.
Een ander gegeven, dat in de sociale structuur van belang kan zijn, is de constatering, dat
het aantal ouderen vanaf 65 jaar nu het gemiddelde van de referentiegroep nadert. In 1996
was nog sprake van een oververtegenwoordiging. In cijfers: In 1996 kende Boarnsterhim
15% ouderen tegenover een gemiddelde van 12 in de referentiegroep. In 2000 was dit
13.3%. Nu is dit voor Boarnsterhim 13.2% en voor de groep 13%. Deze omstandigheid kan
consequenties hebben voor het beroep op voor ouderen geschikte huisvesting en overige
voorzieningen.
Samengevat komt t.a.v. de sociale structuur een redelijk evenwichtig beeld naar voren, waar
niet op voorhand financiële risico's uit afgeleid kunnen worden in de sfeer van onderwijs,
jongeren- of ouderenbeleid.
6.2 De fysieke structuur
Vergelijking van referentiegemeenten met Boarnsterhim op basis van een aantal maatstaven
van het gemeentefonds
Gemeente
inwoners
oppervlakte
groen
wateropp.
Woningen
kern
Boarnsterhim
18738
168.59
56
14.66
8294
13
Westerveld
19116
283.00
8688
26
Losser
22703
99.62
0.62
9200
7
Brummen
21608
85.08
135
1.03
9109
8
Groesbeek
18944
44.00
8647
5
Wymbritseradiel
16207
162.72
23.64
6933
20
Dantumadeel
19685
87.00
74
1.78
7940
9
De oppervlakte van onze gemeente wijkt af van het klassegemiddelde (132 km2). De
gemeente heeft een grotere oppervlakte en een relatief lagere bevolkingsdichtheid. In de
algemene uitkering weerspiegelt zich dat door een lagere uitkering van 3 per inwoner,
maar ook door een hogere bijdrage voor de 'oppervlakte bebouwd' van 13. Uit de
vergelijking van de algemene uitkering met de landelijke referentiegroep blijkt, dat
Boarnsterhim 31 per inwoner meer ontvangt aan algemene uitkering.Dat komt omdat
Boarnsterhim hoger scoort op de verdeelmaatstaven oppervlakte land, oeverlengte en
bodemfactor (en de aftrek OZB, die in relatie staat tot de waarde van het onroerend goed).
Bij de verdeling van de algemene uitkering wordt er van uitgegaan, dat de gemeente dan ook
meer lasten heeft op de uitgavenclusters, die daarmee samenhangen.
7