Pagina 3 2.4 In artikel 5, lid 5 is opgenomen dat recreatiebedrijven niet vallen onder de doeleindenom schrijving. 2.5 Het rekenblad luchtkwaliteit is aangepast met de meest actuele rekenmethode. Dit heeft geen verdere gevolgen. (Toegevoegd voor raad 24-01 2006) 2.6 De bebouwingsvrije zone rond de gasleiding is aangepast van 4 meter aan weerszijdennaar 7 meter aan weerszijden. Deze aanpassing is doorgevoerd op de plankaart in de aanduiding "zone aardgastransportlei ding" en in de toelichting op pagina 18. 3. Het is zaak zo voortvarend mogelijk verder te gaan met de bestemmingsplanprocedure. De kavels gelegen in de meest zuidelijke strook zijn reeds (grotendeels) verkocht. Er kan nu aangevangen worden met de verkoop van kavels waarvoor slechts met toepassing van artikel 19, lid 1 WRO medewerking mogelijk is. Kanttekeningen: 1. De tijdelijke ontwateringsdepot in het noordelijke gedeelte van het plangebied wordt niet in gebruik genomen. Met toepassing van artikel 17 WRO is destijds vrijstelling verleend voor een tijdelijk ontwate ringsdepot in het noorden van het plangebied. Tevens is hiervoor een milieuvergunning verleend. Echter het depot is niet in gebruik genomen. Het college heeft op 20 september 2005 besloten om het depot af te sluiten dit is aan de raadscommissie medegedeeld. Paragraaf 5.9 op pagina 31 van de toelichting is niet meer van toepassing hierdoor en de reactie op een inspraakreactie op pagina 78 is met dit collegebesluit niet meer actueel. Echter op het moment dat de indiener op de hoogte werd gesteld van de reactie op zijn inspraakreactie wel. Er is overleg gevoerd met: Ruimtelijke Ordening, BWT, Milieu, Economische Zaken, Nieuwe werken en onderhoud, Projec tenbureau Financiën: De kosten voor de planvoering komen ten laste van het project. Uitvoering: Niet van toepassing. Communicatie: 1Indiener van de zienswijze wordt middels de uitvoeringsbrief op de hoogte gesteld van het raadsbesluit; 2. Na de vaststelling van het plan zal deze ter goedkeuring aan Gedeputeerde Staten van Frys- lân worden aangeboden. De vaststelling van het bestemmingsplan zal worden gepubliceerd en het vastgestelde bestemmingsplan wordt zes weken ter inzage gelegd. Gedurende deze termijn kan degene, die tijdig een zienswijze bij de gemeenteraad heeft kenbaar gemaakt alsmede belanghebbenden die aantonen dat zij redelijkerwijs niet in staat zijn geweest tijdig hun zienswijze omtrent het ontwerpbestemmingsplan bij de gemeenteraad kenbaar te maken, schriftelijk bedenkingen inbrengen tegen het bestemmingsplan bij Gedeputeerde Staten van Fryslân (Postbus 20120, 8900 HM Leeuwarden). Gelijke bevoegdheid komt toe aan een ie der die bedenkingen heeft tegen eventuele wijzigingen, die bij de vaststelling van het plan zijn aangebracht; 00. vaststelling bestemmingsplan Frisia (rojw513)/rowj/3

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2006 | | pagina 16