8 Het onderzoek naar de vorming van een breed gedragen College van PvdA en CDA: Maandagmiddag 27 maart 2006 zijn de vertegenwoordigers van de fracties van PvdA en CDA uitgenodigd door de formateur. Na een beknopte analyse van het formatieproces, trekken de partijen de volgende conclusies: -beide partijen onderschrijven de weergave van de formateur, zoals beschreven in hoofdstuk 6; -beide partijen onderschrijven de conclusie die daaruit voortvloeit, zoals beschreven in hoofdstuk 7; -beide partijen willen met overtuiging werken aan een breed gedragen College van PvdA en CDA. Vervolgens richt het gesprek zich op de samenstelling van het College en het aantal wethouders. Het CDA bepleit, op basis van de vele taken en de cruciale fase waarin (de gemeentelijke organisatie van) Boarnsterhim verkeert, een College bestaande uit drie voltijd wethouders. In het beoogde College met de FNP zou er eveneens sprake zijn geweest van drie voltijd wethouders. Voor de vertaling van de verkiezingsuitslag in het College, wenst het CDA twee wethouders namens de PvdA en één namens het CDA. De PvdA opteert voor een tweede wethouder, waarbij het op dit moment nog niet vaststaat of dat een deeltijd wethouder zou moeten worden. Op basis van de gezamenlijke ambitie voor het vormen van een breed gedragen College van PvdA en CDA en de gezamenlijk geformuleerde conclusies en de overeenstemming met betrekking tot het aantal wethouders, verzoekt de formateur de fractie van de PvdA op korte termijn een tweede kandidaat wethouder te presenteren. Vrijdag 31 maart 2006 heeft de PvdA de tweede kandidaat wethouder bij de formateur bekend gemaakt. Tevens heeft de formateur kennis genomen van het besluit van de fractie van de PvdA dat zij met het CDA van mening is dat, op basis van dezelfde argumenten als genoemd door het CDA, er sprake zal moeten zijn van drie voltijd wethouders. De formateur heeft vervolgens aan beide fracties de vraag gesteld, of unaniem het volledige vertrouwen in elkanders kandidaten wordt uitgesproken. Deze vraag is met overtuiging positief beantwoord. Op uitnodiging van de formateur is nog dezelfde avond een eerste bijeenkomst georganiseerd met de drie kandidaat wethouders. Er is uitgebreid gesproken over de eerder genoemde uitgangspunten voor het nieuw te vormen College van B&W in de gemeente Boarnsterhim: Leidraad voor het vormen van het nieuwe College is vertrouwen. Werken aan de gewenste cultuur, leidend tot een krachtig collegiaal bestuur, is afhankelijk van personen. Vertrouwen en een goede wisselwerking tussen College en Raad zijn essentieel. Ieder wenst hier werk van te maken, samenwerkend binnen een collegiaal functionerend College. Er is daarom besloten tot een overleg op dinsdag 4 april 2006 met het voltallige beoogde College en de gemeentesecretaris. Tijdens dit overleg is het gezamenlijke uitgangspunt voor een collegiaal functionerend College bekrachtigd. Er is gesproken over de Raadsagenda en het overzicht "pijplijnactiviteiten" en de ambitie om, na vaststelling door de Raad, hier daadkrachtig en in goed overleg met de Raad mee aan de slag te gaan. Tenslotte zijn de hoofdlijnen van een portefeuilleverdeling besproken, waarbij leidend was dat de burgemeester de wens heeft geuit geen beleidsrijke portefeuille te vervullen. 9 Tenslotte: Hiermee is de formatie afgerond. Er is een College geformeerd met kandidaten die "in vertrouwen willen samenwerken"! Dit proces is gestart na een informatieronde waarin alle fracties zich duidelijk hebben uitgesproken. Deze informatie is leidend geweest voor aard en inhoud van de formatie: het werken aan een andere bestuurscultuur staat centraal en programmatisch staan de zaken al op een rij en zijn voorts verwoord in de Raadsagenda. De Raad is nu aan het woord. Ik wens Raad en College veel genoegen bij het, met respect voor ieders rol en verantwoordelijkheid en in vertrouwen samenwerkend, besturen van de gemeente Boarnsterhim. Grou, 5 april 2006 Gerard Bouma -5-

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2006 | | pagina 85