Pagina 3 aanstonds duidelijk is dat het bouwplan aanvaardbaar is. De Commissie benadrukt dat het niet aanstonds duidelijk hoeft te zijn of het bouwplan planologisch aanvaardbaar is maar - juist andersom - dat een voorbereidingsbesluit niet mag worden genomen als op voorhand duidelijk is dat het bouwplan onaanvaardbaar is. De Commissie is van oordeel dat in dit geval niet gesteld kan worden dat op voorhand duidelijk is dat het oDrichten van een kinderopvangruimte in planologisch opzicht onaanvaardbaar is. De door bezwaarmaker aangevoerde argumenten (privacyverlies, geluidshinder, beperking van de inval van zonlicht, planschade) leiden in ieder geval niet tot een dergelijke conclusie. Zijn bezwaar tegen het voorbereidingsbesluit treft derhalve geen doel. Ter informatie van bezwaarmaker merkt de Commissie nog op dat de uiteindelijke beslissing over de vraas of de kinderopvangruimte planologisch al dan niet aanvaardbaar is, wordt genomen in het kader van de vrijstellingsprocedure als bedoeld in artikel 19, lid 1, van de WRO. Daarbij worden dan ook de door bezwaarmaker aangevoerde belangen nader gewogen. Het staat bezwaarmaker vrij tegen het desbetreffende besluit - in combinatie met de te verlenen bouwvergunning - opnieuw van de hem ter beschikking staande rechtsmiddelen (bezwaar/beroep) gebruik te maken. Samengevat concludeert de Commissie dat verweerder terecht en op juiste gronden besloten heeft voor het perceel De Greiden 10 te Warten een voorbereidingsbesluit als bedoeld in artikel 21 van de WRO te nemen. Zij acht het bezwaar ongegrond. Het besluit van 14 februari 2006 kan in stand blijven. Advies De Commissie adviseert uw college op basis van eenstemmigheid om het bezwaarschrift van de heer mr W. Sleijfer namens de heer M. Jansma ongegrond te verklaren. Grou 21 juni 2006 Commissie Bezwaarschriften van de gemeente Boarnsterhim mr. G.J. te Loo, voorzitter van den Berg, secretaris ----- VA. advies jansma juni 2006

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2006 | | pagina 74