Maximale hoogte bij Type A woning
Woningtype A voldoet in haar totaliteit aan de gestelde maatvoering (bouwhoogte 3,5 meter en
maximale oppervlakte van 45 m2).
Kanttekeningen:
De definitieve schets voorziet in enkele punten die niet overeenkomen met het voornoemde be
leid. Onderstaand worden deze punten uitgewerkt met daarbij een toelichting waarom deze af
wijkingen acceptabel geacht worden.
Bouwhoogte types B en C
De maximale bouwhoogte bedraagt 3,5 meter welke middels binnenplanse vrijstelling maximaal 7
meter mag bedragen. Initiatiefnemers hebben voor de woningtypes B en C gebruik gemaakt van
deze maximale bouwhoogte. Voor de diversiteit aan bebouwing en een goede mix van soorten
recreatiewoningen en prijsklassen zijn wij van mening dat voor deze twee soorten recreatiewo
ningen het hanteren van de maximale maat acceptabel is.
Afstand zijdelingse perceelgrens nnn
De afstand tot de zijdelingse perceelgrens moet ten minste 3 meter bedragen. Middels b nnen-
planse vrijstelling is het mogelijk op een kortere afstand tot de perceelgrens te bouwen In het
kader van het clusteren van woningtypes A en B is deze vrijstelling gehanteerd. Per cluster van
twee recreatiewoningen is de afstand van 3 meter gehanteerd wat een open karakter mat door
kijk creëert. Dit is met name het geval bij de recreatiewoningen aan de buitenzijde van het plan
De percelen in het hart van het plangebied zijn in een boog gesitueerd wat tot gevolg heeft dat
de percelen smaller worden richting het water. De zijdelingse perceelafstand wordt aan de ach
terzijde van de recreatiewoningen wel gehaald maar vanwege het smaller worden van de perce
len wordt deze maat aan de waterzijde niet gehaald. Voornoemde afwijkingen zijn acceptabel
omdat:
1 het clusteren van de woningtypes voor een goede differentiatie zorgt,
2. het de recreatiewoningen betreffen in het hart van het gebied waar van buitenaf geen
zicht op is;
3. er aan de buitenzijde sprake blijft van openheid en doorkijk.
In het plan zijn vlonders dan wel steigers opgenomen met daarbij twee grotere steigers. Het
bouwen van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals de bouw van steigers en vlon
ders is niet toegestaan. Middels binnenplanse vrijstelling is het mogelijk vrijstelling te verlenen
van een steiger ten behoeve van een ligplaats per woning waarbij als voorwaarde is gesteld dat
de recreatiewoning aan bevaarbaar water moet zijn gesitueerd. Omdat voornoemde recreatiewo
ningen aan het water gesitueerd zijn, is het acceptabel dat middels deze binnenplanse vrijstelling
een steiger wordt gerealiseerd. Hierbij moet opgemerkt worden dat dit water respectievelijk ge
deeltelijk in eigendom is van zowel de gemeente als Domeinen.
Welstandscriterium
De insteek van de gemeente is gedurende de ontwikkeling van het plan altijd geweest de
Oan 'e Poel te behoeden voor een ontwikkeling die afbreuk doet aan de locatie. Op 16 mei 2008
heeft vooroverleg plaatsgevonden met de welstandscommissie. De welstandscommissie heeft
het plan niet getoetst aan de door de gemeenteraad vastgestelde welstandscriteria die nu gelden
voor dit gebied. Hierbinnen is het plan namelijk functioneel niet passend. De Welstandsnota heeft
Oan 'e Poel het welstandscriterium Deelgebied 7: Sport- en of Recreatieterreinen toegekend.
Omdat de gemeente medewerking aan het plan acceptabel acht, zoals hieronder wordt aangege
ven en het plan wel aan Welstand getoetst dient te worden is gekeken of een ander welstands-
criterium van toepassing is. Het welstandscriterium Deelgebied 8: Recreatiewoningen handelt wel
Pagina 3
4 03 Raad advies instemmen artikel 19 lid 1 WRO Oan e Poel/bpmk/3
