BOARNSTERHIM
gemeente
BESLUITVORMEND R AADSVOORSTEL
Status
besluitvormend (B-stuk)
Raadsvergadering
2 september 2008
Agendapunt
4.5
Eerdere behandeling
19 augustus 2008
Portefeuillehouder
wethouder mevrouw M. E. Minkes
Behandelend ambtenaar
mevrouw J. de Vries-Uiterwijk
Onderwerp:
Vrijstellingsverzoek/bouwaanvraag voor het plaatsen van een beweegbare overkapping op het
perceel De Kleef 1-3 te Akkrum, kadastraal bekend AKM04 B 2625.
Voorstel:
Verleen geen medewerking middels een vrijstellingsprocedure op grond van artikel 19 lid 1 van
de Wet op de Ruimtelijke Ordening aan het bouwplan voor het plaatsen van een beweegbare
overkapping op het perceel De Kleef 1-3 te Akkrum, kadastraal bekend AKM04 B 2625.
Inleiding:
Op 6 mei 2008 hebben wij het verzoek ontvangen voor het plaatsen van een beweegbare
overkapping op het perceel De Kleef 1-3 te Akkrum. Deze overkapping komt in de plaats van een
serre, die in het kader van een handhavingtraject onlangs is verwijderd.
Het bouwplan valt in het bestemmingsplan "Dorpsvernieuwingsplan Akkrum-Kom", vastgesteld
20 februari 2001 en goedgekeurd 28 september 2001. Het perceel heeft hierin de bestemming
"centrumgebied".
Het plan is in strijd met de bouwvoorschriften.
De luifel is aan te merken als een gebouw. Een gebouw is een bouwwerk dat een voor mensen
toegankelijke overdekte geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt. De constructie
bestaat uit 3 wanden en een dak. Het bestemmingsplan bepaalt dat een aan- of uitbouw onder
deel is van het hoofdgebouw. De voorschriften van het bestemmingsplan bepalen dat hoofdge
bouwen dienen te worden gebouwd binnen het bouwvlak. Hieraan wordt niet voldaan.
De voorschriften bepalen verder dat aan- en uitbouwen dienen te voldoen aan het hiervoor ge
stelde dan wel aan het gestelde onder b (regels bijgebouwen): De gezamenlijke oppervlakte be
draagt incl. de oppervlakte van aan- en uitbouwen die niet voldoen aan de eisen van het hoofd
gebouw, niet meer dan 50 m2, met inachtneming van de bepaling dat bij iedere woning een niet
met gebouwen bebouwd erf van ten minste 5 m2 aanwezig dient te zijn.
NB het betreft hier geen woning.
Aan de toetsing aan dit voorschrift komen we niet toe. Tot voor kort bevond zich op dit perceel
een serre, die in het kader van een handhavingtraject is verwijderd. Tegen het besluit tot handha
ving is beroep en hoger beroep ingesteld. De rechtbank legt de voorschriften eveneens zo uit dat
de aanbouw moet worden gerealiseerd binnen het bouwvlak (zie hiervoor de uitspraken van de
rechtbank van 6 december 2005 en de Raad van State van 23 augustus 2006). Er is op basis
van de bestemmingsplanvoorschriften geen verschil tussen een serre en een luifel met 2 of meer
wanden.
