Pagina 4
Werkmodel
Provinciaal wordt uitgegaan van de LOG-REG GEM variant als meest reële prognosevariant. Deze
variant vormt ook de provinciale inzet richting regio's. Uit vergelijking van de LOG-REG GEM per
gemeente en bestaande contingentafspraken per gemeente is echter gebleken dat de LOG-REG
GEM prognose niet reëel is voor doorrekening van het woningbehoefteonderzoek en programma
afspraken. Daarom is door de provincie Friesland voor de Stadregio een andere prognose voorge
steld, het 'werkmodel'. Dit werkmodel is gebaseerd op een combinatie van twee varianten,
waarbij het streekplan als achterliggend beleidskader (bundeling en concentratie) fungeert en be
staande contingentafspraken worden gerespecteerd.
Onderstaand werkmodel is de richtlijn voor de ontwikkeling van de gemeentelijke woningbehoef
te (kwantitatief) in relatie tot het WOBOF Boarnsterhim (kwalitatief).
JfcÉrés
âi|,2ÖÖ7-2dl
Boarnsterhim
703 woningen
(is rest richtgetal3 +39)
Leeuwarden
3.726 woningen
(is rest richtgetal +567)
Leeuwarderadeel
278 woningen
(is rest richtgetal -8)
Littenseradiel
372 woningen
(is rest richtgetal -10)
Menaldumadeel
413 woningen
(is rest richtgetal +4)
Tytsjerksteradiel
887 woningen
(is rest richtgetal 134)
Totaal Stadsregio
6.379 woningen
Het werkmodel heeft als uitkomst voor de periode 2007 tot 2016 een regionale (netto) toename
van de woningbehoefte van 6.379 woningen.
Voor de gemeente Boarnsterhim wordt uitgegaan van behoefte aan toename woningen van 703.
Het richtgetal4 per 1-1-2007 bedraagt 671 woningen. Dit contingent is reeds in woningbouw
plannen gereserveerd. Deze woningen zijn nog niet opgeleverd. De provincie gaat uit van 39 ex
tra contingent (rest richtgetal) voor de periode 2007-2016. Deze cijfers zullen in de kaderstellen
de discussienota voor de actualisatie van de woonvisie nader aan de orde komen.
Belangrijkste uitkomsten WOBOF Boarnsterhim
De algemene doelstelling van het WOBOF Boarnsterhim is om de kwalitatieve woningbehoefte
naar type woningen inzichtelijk te maken. Hiermee wordt informatie verkregen voor de algemene
doelstelling van het woonbeleid om tot meer diversiteit in de woningbouwproductie te komen
zodat een aanbod van woningen ontstaat dat past bij een evenwichtige bevolking in de kernen,
zowel naar huishoudens als naar inkomensklassen.
In het WOBOF Boarnsterhim is door middel van de methode van projectie een prognose opge
steld (zie bijlage 2 voor uitleg onderzoeksmethode projectie). Een belangrijke uitkomst van de
woonvisie is de op basis van projectiemethode te verwachten veranderende discrepantie tussen
vraag en aanbod in de toekomst (2016) ten opzichte van de huidige discrepantie (2007).
Huidige discrepantie:
Voor de meeste type woningen geldt dat er meer woningen worden gevraagd dan aangebo
den. Vooral vrijstaande woningen en appartementen (zowel koop als huur) worden meer ge
vraagd dan uit de voorraad aangeboden.
Wat in de koopsector direct opvalt is de grote vraag naar vrijstaande woningen en het poten
tieel overaanbod van halfvrijstaande woningen. Absoluut is de vraag naar vrijstaande wonin
gen het grootst. Uitgesplitst naar prijsklassen blijken vooral meer koopwoningen tussen de 2
3 Rest richtgetal is extra contingent voor de periode 2007-2016, bovenop bestaande contingentafspraken.
4 Richtgetal is het contingent dat op basis van bestaande contingentafspraken is verkregen voor de periode
tot 2010.
2 02 2008.08.19 raadsvoorstel Wobof/ /4