Artikel 5.
BODEMGESTELDHEID
1. De gemeente overlegt aan koper alle bij haar bekend zijnde milieuhygiënische bodemkwali-
teitsgegevens, die in de koopovereenkomst nader worden gespecificeerd.
2. Koper verklaart in de notariële akte uitdrukkelijk bekend te zijn met de in lid 1 bedoelde gege
vens en met het feit dat deze gegevens niet uitputtend kunnen zijn en dat er sprake is van
een "restrisico". Aldus zijn deze gegevens bepalend voor hetgeen koper ter zake van de bo
demgesteldheid mag verwachten. Op grond hiervan staat een geval van bodemverontreini
ging dat op grond van de in de koopovereenkomst vermelde gegevens niet is geconstateerd
niet in de weg aan de conclusie dat koper geleverd heeft gekregen wat hij op grond van de
ze koopovereenkomst mocht verwachten.
3. Koper heeft het recht vóór de juridische levering voor eigen rekening extra casu quo aanvul
lende onderzoeken te (laten) verrichten. Koper dient de gemeente hiervan van te voren in
kennis te stellen.
Artikel 6.
TERREINGRENZEN.
Koper verplicht zich bij de aanvaarding van het aan hem verkochte perceel zich te overtuigen vr
de grenzen zoals deze vanwege gemeente zijn aangeduid. Bij het plaatsen of doen plaatsen van
het gebouw en van de afrasteringen zal koper met de ambtenaar van Openbare Werken van de
gemeente Boarnsterhim overleg plegen ter bepaling van de juiste grenzen van het bedoelde per-
Artikel 7.
OVER- EIM ONDERMAAT.
1Onder- of overmaat van de onroerende zaak verleent aan geen van partijen enig recht, be
houdens het bepaalde in lid 2 van dit artikel.
2. Is de koopprijs in de koopovereenkomst vastgesteld op basis van een bedrag per vierkante
meter grondoppervlakte dan zal, indien na kadastrale inmeting blijkt dat er sprake is van on
der- of overmaat van meer dan 5 van de overeengekomen oppervlakte, het verschil
alsnog worden verrekend. De verrekening vindt plaats tegen het bedrag per vierkante meter
grondoppervlakte waarop de koopprijs is vastgesteld. Het recht om verrekening te vorderen
vervalt 3 maanden na ontvangst van de kennisgeving van de uitmeting van het Kadaster.
Artikel 8.
BOUWPLICHT. Bepalingen met betrekking tot gronduitgifte ten behoeve van woningbouw en bt
drijventerrein
1De grond moet worden gebruikt overeenkomstig de bestemming en het doel waarvoor deze
is aangekocht.
2. Binnen twee maanden na de aanwezigheid van een bruikbare bouwvergunning moet met de
bebouwing op de bouwgrond een aanvang zijn gemaakt, waarbij voldaan moet worden aan
de bij de te verlenen bouwvergunning door burgemeester en wethouders te stellen eisen.
Indien hiertoe aanleiding bestaat, kan deze termijn door de gemeente onder voorwaarden
worden verlengd. De kosten in verband met het verkrijgen van de benodigde vergunningen
om het beoogde koopdoel te kunnen realiseren komen ten laste van de koper.
paraaf Gemeente paraaf Koper
Pagina 8
Douur.T2nt3/bpjw/8