geïnvesteerd in het contacten leggen en afstemming zoeken met de bestuurders van het
basisonderwijs, voortgezet onderwijs en kinderopvang. Daarbij is vooral gekeken hoe de
opdracht van de gemeente om een CJG te ontwikkelen aansluit bij de zorgstructuur van
het onderwijs. Daarnaast is op 25 november 2008 een werkbijeenkomst georganiseerd
met alle partijen (BO, VO, RENN4, Kinderopvang, JGZ, schoolmaatschappelijk werk,
Meitinkers (WMO), sociaal team etc.) uit het werkveld om te kijken hoe het CJG op een
praktische manier ingevuld kan worden in onze gemeente. Daarbij is gekeken naar de
ontwikkeling van het CJG binnen de bestaande netwerken rondom Jeugd en Gezin. De
uitkomsten van deze bijeenkomst waren het professionaliseren van de netwerken en
afstemming en samenwerking tussen de diverse netwerken realiseren. Volgens de
partijen kan een CJG coördinator daarin een goede rol vervullen.
3. Wettelijk kader
Tijdelijke regeling CJG
In artikel 7 van de Tijdelijke regeling CJG wordt het volgende bepaald1
1Het college van burgemeester en wethouders draagt er zorg voor dat:
a. in de loop van de periode waarvoor de brede doeluitkering wordt verstrekt
voldoende gemakkelijk te bereiken fysieke inlooppunten gerealiseerd worden om
jeugdigen en ouders in die gemeente toegang te verschaffen tot een centrum
voor jeugd en gezin;
b. de centra voor jeugd en gezin herkenbaar en laagdrempelig zijn voor jeugdigen en
ouders;
c. de afstemming jeugd en gezin gericht is op een sluitend aanbod aan jeugdigen en
ouders van jeugdgezondheidszorg en maatschappelijke ondersteuning jeugd, de
provinciale jeugdzorg en de zorg in en om het onderwijs;
d. ten behoeve van de afstemming jeugd en gezin en het geïntegreerde aanbod van
jeugdgezondheidszorg en maatschappelijke ondersteuning jeugd in ieder geval
samenwerking wordt gezocht met het bureau jeugdzorg, bedoeld in artikel 1,
onderdeel e, van de Wet op de jeugdzorg en, indien aanwezig, de zorg- en
adviesteams in het onderwijs;
e. de afstemming jeugd en gezin wordt neergelegd in schriftelijke sluitende
afspraken, tussen de betrokken organisaties.
Bij het realiseren van centra voor jeugd en gezin houdt het college van burgemeesters en
wethouders rekening met de ontwikkeling naar het elektronisch kinddossier en de
verwijsindex risicojongeren.
Prestatieveid 2 en 3 WMO
Prestatieveld 2 van de WMO betekent concreet dat, onder verantwoordelijkheid van de
gemeente, invulling plaatsvindt van de vijf gemeentelijke functies van het preventief
jeugdbeleid welke landelijk zijn afgesproken door de rijksoverheid, de Vereniging van
Nederlandse Gemeenten en het Interprovinciaal overleg. Deze 5 functies zijn: advies en
informatie van jongeren en/of ouders, signaleren van problemen, het uitvoeren van licht
pedagogische hulp, de toeleiding naar hulp en de zorgcoördinatie. Landelijk wordt er
naar gestreefd om in 2011 in iedere gemeente een CJG te hebben, waar deze 5 taken
worden uitgevoerd.
Wet op de jeugdzorg
De regierol van de gemeente wordt verankerd in de Wet op de jeugdzorg en kent 2
aspecten:
het tot stand brengen van 1 gezin, 1 plan;
het realiseren van sluitende afspraken tussen partijen uit de jeugdketen.
1 Zie voor meer informatie staatscourant 15 januari 2008
2