BOARNSTERHIM
gemeente
COMMISSIE BEZWAARSCHRIFTEN
Verslag vari de hoorzitting gehouden in het gemeentehuis te Grou op maandag 19 januari 2009 om
17.00 uur.
De hoorzitting is gehouden vanwege:
de door de heer J.R. Galama, namens zestien anderen, ingediende bezwaarschriften d.d. 16 oktober
2008 en 24 oktober 2008, ontvangen 20 oktober 2008 en 27 oktober 2008, die beide zijn gericht tegen
het besluit van de Raad van de gemeente Boarnsterhim van 19 augustus 2008, door Burgemeester en
wethouders van de gemeente Boarnsterhim bij brief van 15 september 2008 bekendgemaakt, waarbij is
geweigerd medewerking te verlenen aan een procedure ex artikel 19, lid 1, van de Wet op de
Ruimtelijke Ordening ten behoeve van de ontwikkeling van een bedrijventerrein in Reduzum.
Ter zitting zijn verschenen:
(namens) bezwaarmakers
namens Burgemeester en wethouders
De Commissie bestaat uit:
voorzitter
leden
Secretariaat
de heer J.R. Galama
De heer C. Kundersma
de heer mr. M.J.M. Gelissen
de heer M. Kaspers
de heer drs. H. Schukking
de heer C.J. Corsèl en de heer A.H. Rijkens
mevrouw mr. drs. F.W. Visser
De voorzitter opent de zitting en licht de gang van zaken toe. Hij stelt vast dat bezwaar is gemaakt tegen
het besluit van de raad en niet tegen de brief van het college. Hij geeft de heer Galama de gelegenheid
het bezwaarschrift toe te lichten.
De heer Galama reikt een pleitnota uit en leest deze voor. (Opmerking van de secretaris: deze pleitnota is
bij dit verslag gevoegd en maakt daarvan deel uit)
De heer Gelissen reikt een pleitnota uit en leest deze voor. (Opmerking van de secretaris: deze pleitnota
is bij dit verslag gevoegd en maakt daarvan deel uit) Als reactie op de pleitnota van de heer Galama geeft
hij aan dat dit naar het oordeel van burgemeester en wethouders het gehele dossier is. Hij zal nakijken of
hij een verslag van de bijeenkomst op 3 maart 2004 kan vinden. De voorwaarde dat de bedrijven niet uit
de omliggende dorpen mogen komen is niet de enige weigeringsgrond. De belangrijkste afwijzingsgrond
is dat het bedrijventerrein buiten de kern zal liggen. Dit leidt tot verrommeling. De informatie van de
provincie uit 2004 over de mogelijkheid van een bedrijventerrein is waarschijnlijk telefonisch verkregen
door een ambtenaar.
De voorzitter stelt de ontvankelijkheid aan de orde en merkt op dat hij zich kan voorstellen dat het
bezwaar ontvankelijk is voor zover dit is ingediend namens de vijf bedrijven die oorspronkelijk het
initiatief hebben genomen.
De heer Galama antwoordt dat in 2002 is begonnen met zeven initiatiefnemers. In de tussentijd zijn er
nieuwe deelnemers bij gekomen en andere hebben geen deel meer genomen. De lijst bij het
bezwaarschrift is een volledige lijst van alle personen die betrokken zijn geweest. Alle deelnemers
hebben financieel bijgedragen.
Verslag Galama januari 2009
