Bijlage 1. Toelichting afwegingsmodel
De gemeente hanteert het Afwegingsmodel Handhaving Kinderopvang bij het uitvoeren van de
handhavingacties die nodig zijn als een houder van een kindercentrum of een gastouderbureau
niet voldoet aan een of meer kwaliteitseisen van de Wet kinderopvang en de Beleidsregels kwali
teit kinderopvang van de staatssecretaris van OCW. In het model zijn de algemene geldende re
gels opgenomen die de gemeente kan hanteren bij het overtreden van de kwaliteitseisen.
Het gemeentelijke handhavingtraject begint direct na ontvangst van het inspectierapport van de
GGD. De GGD geeft in het rapport een handhavingadvies aan de gemeente. In het rapport is het
'Overzicht bevindingen toezichthouder per inspectiedomein' de basis voor het afwegen van de te
ondernemen handhavingactie. In dit overzicht beschrijft de toezichthouder per domein de con
text van de voorwaarden waar de houder niet aan voldoet. De gemeente kan de aangegeven ver
zwarende of verzachtende omstandigheden, de inspanning van de houder enz. mee laten wegen
bij het beoordelen van de te nemen handhavingactie.
Voordat de eerste juridische stap van aanwijzing wordt gezet, kan eerst een schriftelijke waar
schuwing worden gegeven of een voornemen tot aanwijzing (fase 1). Ook kan overwogen wor
den eerst op basis van mondelinge overreding de houder te bewegen de overtreding te herstellen.
Zowel de waarschuwing als de overreding hebben geen juridische status en betekenen daarom
een uitstel van het handhavingtraject.
De eerste (juridische) stap zal meestal het opleggen van een aanwijzing zijn. In geval de GGD al
een bevel heeft gegeven, dan kan dit worden beschouwd als fase 2. De gemeente kan dan direct
overgaan naar fase 3: het opleggen van andere sancties. Het opleggen van een aanwijzing is dan
niet nodig. De GGD geeft alleen een bevel indien hij van mening is dat de kwaliteit bij een kinder
centrum of gastouderbureau zodanig tekortschiet dat het nemen van maatregelen redelijkerwijs
geen uitstel kan lijden. Ingeval van overtredingen met een lage of gemiddelde prioritering zal hier
niet snel sprake van zijn.
De zwaarte van de prioritering komt tot uiting in de hersteltermijn die in dit model wordt aange
geven in een bandbreedte. De handhaver moet per geval de exacte hersteltermijn aangeven. Na
het verstrijken van een hersteltermijn moet de overtreding beëindigd te zijn. Ter controle hiervan
kan de handhaver schriftelijke bewijsstukken opvragen dan wel de GGD de opdracht geven voor
een herinspectie. Hiervoor moeten afspraken worden gemaakt met de GGD.
NB In het Afweginsmodel wordt in een later stadium een kolom boete toegevoegd. De VNG laat
zich over de hoogte van de richtbedragen nader adviseren door externe deskundigen.
Pagina 10
2 03 Bijlage toezicht en handhavingsbeleid kinderopvang/bpnd/10