te worden gehouden met het LAP. In de opsomming in het eerste lid van dit artikel is daarom
aangesloten bij het Landelijk afvalbeheersplan (LAP).
Het LAP benoemt in hoofdstuk 14 van deel 1 Beleidskader de volgende door de consument
te scheiden afvalstoffen: groente-, fruit- en tuinafval, papier en karton, glas, textiel,
elektrische en elektronische apparatuur, klein chemisch afval, en componenten van grof
huishoudelijk afval (grof tuinafval, huishoudelijk bouw- en sloopafval, waaronder
verduurzaamd hout).
Als gevolg van de raamovereenkomst verpakkingen zal in het LAP-2 een zorgplicht voor
gemeenten voor de inzameling van kunststofverpakkingen worden opgenomen. Deze
modelverordening houdt met deze wijziging van het LAP al rekening. Indien er gekozen
wordt voor inzameling en nascheiding dan komt sub e te vervallen.
Eerste lid: Regeling beheer elektrische en elektronische apparatuur en Besluit Beheer
Batterijen
Ten slotte verplichten de Regeling beheer elektrische en elektronische apparatuur en het
Besluit Beheer Batterijen gemeenten tot de gescheiden inzameling van elektrische en
elektronische apparatuur respectievelijk batterijen, afkomstig van huishoudens.
Eerste lid: Aanvulling lijst met andere categorieën
De lijst genoemd in artikel 3 kan naar behoefte met andere categorieën worden uitgebreid.
De grondslag hiervoor is te vinden in artikel 10.21, derde lid, Wm, waarin gesteld wordt dat
de raad kan besluiten tot het afzonderlijk inzamelen van andere bestanddelen van
huishoudelijke afvalstoffen.
Eerste lid: Afstemming met artikel 9 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden
In artikel 9 is een verbod opgenomen om opgesomde categorieën anders dan afzonderlijk ter
inzameling aan te bieden.
Eerste lid, sub a: GFT-afval
Artikel 10.21 tweede lid, Wm verplicht gemeenten in ieder geval tot de afzonderlijke
inzameling van groente-, fruit- en tuinafval (GFT-afval). Het Landelijk afvalbeheersplan (LAP)
gaat er in ieder geval van uit dat GFT-afval apart wordt ingezameld. Ook het ministerie van
VROM houdt vast aan een verplichte GFT-inzameling.
Desondanks is afwijking van deze verplichting mogelijk in het belang van een doelmatig
beheer van huishoudelijke afvalstoffen, bijvoorbeeld om redenen van de GFT-kwaliteit,
kostenniveau of de milieuhygiëne. Op grond van artikel 10.26, eerste lid, onder c, Wm kan bij
verordening worden bepaald dat in een deel van het grondgebied geen huishoudelijke
afvalstoffen worden ingezameld.
Zie voor de vrijstellingsmogelijkheden voor het inzamelen van GFT-afval tevens 2.3.2.
Eerste lid, sub e: Uitspraak Raad van State over textiel
Textiel is een afvalstof in de zin van artikel 1.1, eerste lid, Wm. Dit blijkt uit een uitspraak
(voorlopige voorziening) van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRS
28 januari 2003, 200206958/1).
Het Intergemeentelijk Orgaan Rivierenland (IOR) had een inzamelvergunning voor textiel
verleend aan een charitatieve instelling. Het bestuur van het IOR besloot uit oogpunt van
doelmatigheid de inzameling van textiel zelf ter hand te nemen en de samenwerking met de
charitatieve instelling te beëindigen. In een voorlopige voorziening bij de Raad van State
werd door de instelling betoogd dat er geen sprake was van een afvalstof, omdat het textiel
met het oogmerk op hergebruik werd ingeleverd en ingezameld.