4. De marktpartij wil lagere uitgifteprijzen om het afzet- en marktrisico van te ontwikkelen op stallen te beperken. Indien de marktpartij(en) en de gemeente niet meer in staat zijn problemen gemeenschappelijk op te lossen moet de samenwerkingsovereenkomst worden ontbonden. Ondanks eventueel van te voren afgesproken goede afscheidsregelingen zal het project vertraging oplopen en zal de ge meente mogelijk met meerkosten worden geconfronteerd. 3.5 Visie gemeente Boarnsterhim De gemeente Boarnsterhim voert verschillende vormen van grondbeleid, zowel actief, faciliterend als participerend. Gezien de financiële positie van de gemeente en het feit dat zij onder toezicht is geplaatst van de provincie zal zij zich de komende jaren richten op een faciliterend of participe rend grondbeleid. Met de keus voor een faciliterend grondbeleid beperkt de gemeente zich tot haar wettelijke publieke taak. Per project zal bekeken moeten worden hoe het grondbeleid exact vormgegeven dient te worden. Er zijn verschillende redenen waarom de gemeente Boarnsterhim niet kiest voor actief grondbeleid: 1De financiële positie van de gemeente Boarnsterhim laat niet toe dat grote voorinveste ringen kunnen worden verricht. Bovendien is het niet mogelijk om de komende jaren grote financiële risico's te lopen. Er wordt ingezet op uitvoering van de wettelijke taken. 2. Op basis van het gemeentelijk en provinciaal beleid en de marktvraag ligt het de komende jaren niet voor de hand om grote nieuwe projecten op uitbreidingslocaties te initiëren, zowel voor woningbouw als bedrijfsontwikkelingen. De huidige projecten voorzien de ko mende jaren nog voldoende in de vraag naar woningbouwlocaties en bedrijventerreinen. 3. CPB-prognoses laten een landelijke afname van bevolking en toename van de vergrijzing zien. Hierdoor zullen in sommige gevallen krimpscenario's in plaats van groeiscenario s ontwikkeld moeten worden. Dit is ook van toepassing op de gemeente Boarnsterhim. 4. De nadruk in de projecten zal verschuiven van uitbreiding naar inbreiding. Dit gebeurt op grote schaal binnen de grote en middelgrote steden, maar ook in de kleinere kernen is dit een bekend verschijnsel. Ook gemeente Boarnsterhim kent inbreidingslocaties en her structureringsgebieden. Bij dit soort ontwikkelingen heeft de gemeente over het algemeen een faciliterende rol. Veelal zal een samenwerking met corporaties worden gezocht. 5 In de nieuwe grondexploitatiewet ontstaan er via het exploitatieplan veel meer mogelijk heden voor de gemeente om de gemeentelijke kosten te verhalen en om gewenste ont wikkelingen af te dwingen (bijvoorbeeld de realisatie van sociale huurwoningen). Hier wordt in het volgende hoofdstuk nader op ingegaan. Dankzij deze grondexploitatiewet kan de gemeente nu ook bij faciliterend grondbeleid sturing geven aan het project. Het is dan minder noodzakelijk om een actief grondbeleid te voeren. De aangegeven keuze tot faciliterend of participerend grondbeleid leidt er ook toe dat de ver- dienmogelijkheden voor de gemeente vanuit het grondbeleid beperkt zullen zijn. Eventuele grondexploitatiewinsten komen immers de ontwikkelende partij toe. Hier staat tegenover dat de risico's ook meer liggen bij de ontwikkelende partij. De grondexploitatiewet geeft regels in verband met de financiële kaders bij de uitvoering van faciliterend grondbeleid. Actie: de gemeente voert een faciliterend of participerend grondbe leid. Pagina 14 Nota grondbeleid Boarnsterhim 09-04 2009/bpav/14

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2009 | | pagina 32