We zijn bezig met de uitwerking van de betekenis van de invoering van de Wet Administratieve
Bepalingen Omgevingsrecht (WABO: bundeling van het omgevingsrecht) en de Basisregistraties
Adressen en Gebouwen (BAG: verbetering van de registratie van allerlei basisgegevens rond ge
bouwen en adressen). Vertaling van de betekenis van nieuwe wetgeving (nieuwe Wet op de
Ruimtelijke Ordening, Grondexploitatiewet, Wet op de watertaken, etc.) vraagt eveneens extra
aandacht van onze organisatie. Ook de ontwikkeling van het denken over de overheid (zie het
rapport van de regering: Andere Overheid; zie het rapport van de commissie Aartsen: De Eerste
Overheid) bevestigt de tendens, dat de gemeente als overheid, die het dichtst bij de burger staat,
ook de taken krijgt, die voor dezelfde burger van belang zijn.
Bovendien zal volgens datzelfde denken de dienstverlening van de overheid ingrijpend moeten
worden gewijzigd: het streven van de gemeente dient er op gericht te zijn 65% van onze dienst
verlening in 2010 digitaal af te wikkelen. Dat betekent dat onze digitale informatiehuishouding op
orde moet zijn. Voor zover het betreft onze aanpak zullen wij uitdrukkelijk rekening houden met
wat wettelijk moet en wat overigens wordt gewenst en dus niet noodzakelijk door ons vanzelf
sprekend in onze ambities moet worden opgenomen. In het bijzonder ten aanzien van deze ont
wikkelingen richten wij ons op de samenwerking, omdat wij enerzijds de samenleving snelle en
adequate dienstverlening willen bieden, anderzijds de kosten daarvan zo laag mogelijk willen hou
den. Tegelijkertijd zijn wij van mening dat de samenwerking haar grenzen onder andere kent in
het feit, dat het slagen daarvan afhankelijk is van de partners in de samenwerking. Maar de be
langrijkste overweging ten aanzien van de begrenzing van de samenwerking is vooral gelegen in
de wens van ons college vooral zelf "in control" te willen zijn. Daarom besteden wij in de volgen
de paragraaf aandacht aan de grenzen van de samenwerking.
Begrenzing van de samenwerking
Door samen te werken met mogelijke partners (publiek en privaat) willen wij de slagkracht van
onze organisatie vergroten. Samenwerking zien wij dus niet als een doel op zich. Samenwerking
zoeken wij om redenen, die wij eerder reeds in deze notitie hebben vermeld:
vermindering van kwetsbaarheid
kunnen beschikken over noodzakelijke specialisaties
vergroting van de efficiëntie
verlaging van de ontwikkelkosten
terugdringen van de overhead
In de publieke samenwerking op het terrein van de bedrijfsvoering is onze preferente partner de
gemeente Leeuwarden. In samenspraak van het management van beide gemeentelijke organisa
ties zijn de samenwerkingsmogelijkheden verkend. Daarbij heeft als uitgangspunt gegolden dat de
voorbereiding van de beleidsbepaling in eigen beheer moet worden gedaan. Op verschillende ter
reinen doen zich situaties voor, die redenen kunnen zijn om te kiezen voor samenwerking. Bij de
bepaling van de omvang van de samenwerking speelt voor ons een belangrijke rol onze visie op
wat de organisatie voor de samenleving en het bestuur moet betekenen. Wij formuleren die visie
als volgt.
a. De directe dienstverlening
Wij streven naar een goed ingericht front office, waarin onze dagelijkse dienstverlening aan onder
meer de burger, het bedrijfsleven, de instellingen kan plaatshebben. Zoveel mogelijk volgens het
adagium: "Klaar terwijl u wacht". Deze vorm van dienstverlening willen wij dichtbij de burgers
e.a. en dus in eigen huis fysiek aanwezig hebben, zeker zolang de digitale mogelijkheden nog niet
adequaat vervangend zijn ontwikkeld en die laatste vorm van dienstverlening nog onvoldoende
aansluit bij de beleving van de burger e.a.
Tot onze dagelijkse dienstverlening behoort ook het kleine dagelijkse onderhoud van het openbaar
bezit. Met name de afhandeling van meldingen en klachten. Wij vinden dat dit type werkzaamhe
den, waarbij snelle actie gewenst is, mede gelet op het uitgangspunt, dat wij de burger optimale
service willen verlenen, in handen moet blijven van de gemeente.
Pagina 5
4 04 Nota bedrijfsvoering 26 mei 2009/bsgh/5