Bestek 4 - Vervangen oude houten steigers en damwand in steigers en damwand van gerecycled kunstsof. De werkzaamheden worden opgedeeld in drie regio's, vandaar dat wordt gewerkt met 3 bestekken. De voorbereidingen zijn in volle gang. De verwachting is april 2010 te kunnen starten met de eerste aanbesteding. Voor aanvang van de start van deze drie projecten moet voor alle 600 steigers worden aangeven of zij in Natura 2000 gebieden liggen - en zo ja of zij in beoogd rustgebied vallen. Als dat laatste het geval is moet "onderhandeld" worden of tijdelijke reparatie mogelijk is of de steiger tijdelijk moet worden verwijderd als veiligheid in gevaar komt. Reparatie moet vervolgens weer als extra werk worden opgenomen in bestek 2. De Provinciale verzoekt om dit voor alle steigers gelijk aan te vragen. Dan hoeft voor het deel van de aanlegvoorzieningen die buiten Natura 2000 en de rustgebieden vallen, in de toekomst geen toestemming te worden gevraagd. Deze kostenpost Onderhoud staat onder druk mede als gevolg van de ontbrekende extra inkomsten uit subsidies. Daartegenover staat dat de kosten voor vervanging op dit moment lager uitvallen door een gunstig aanbestedingsklimaat. De calculatieprijzen in het meerjarenonderhoudschema worden voorlopig niet veranderd. De offertes vallen nu mee, maar dat zal niet altijd zo blijven. Andere kosten zoals leges en inschakelen van ingenieursbureaus voor voorbereiding en toezicht en aanbestedingrichtlijnen vallen duurder uit. Tot nog toe konden deze kosten beperkt zijn omdat wij "meeliften" met geïntegreerde projecten van FMP en Wetterskip Fryslân. In de komende jaren is daar minder sprake van. Negatieve resultaten? De negatieve begrotingsresultaten tot 2014 worden mede veroorzaakt door (verwachte) hoge onderhouds- en vervangingskosten. Het is echter nog niet zeker of deze kosten daadwerkelijk worden gemaakt, omdat vervanging en onderhoud per jaar wordt gepland op basis van inspecties, het meerjarenonderhoudschema én de financiële situatie van De Marrekrite. Een negatief resultaat wordt gecompenseerd door het onderhoudsfonds. Indien in de toekomst niet voldoende financiële middelen aan het onderhoudsfonds kunnen worden onttrokkendan wordt de onderhoudsambitie bijgesteld. Een bijgestelde ambitie betekent minder steigers vervangen en niet uitbreiden met nieuwe voorzieningen. In 2009 is er weinig uitgegeven aan vervangingonderhoud. In 2010 wordt veel meer uitgeven dan op de vastgestelde begroting van 2010 is aangegeven. De verwachting is 3,1 miljoen (begroot was: 1,3 miljoen). De vervangingsinvesteringen in de jaren hierna zijn ontleend aan het meerjarenonderhoudprogramma. Lange termijn planning fna 20201 Het FMP maakte het mogelijk mee te liften in verschillende projecten en gebruik te maken van forse subsidies. Ons onderhoudsprogramma was en is niet berekend op een grote toename van steigers en damwand (hogere reservering voor vervanging en meer onderhoud en inspectiekosten). Voor onderhoud en vervanging wordt nu en in de toekomst geen subsidie gegeven. Om die reden zijn de subsidies zeer beperkt gebruikt tot uitbreiding van onze aanlegvoorzieningen maar vooral om duurzame steigers en damwand te ontwikkelen. Door deze keuze is het mogelijk de reservering- en onderhoudskosten op de lange duur in de hand te houden. In de toekomst kiezen wij bij vervanging vaker voor eenvoudiger, en daardoor goedkopere steigers. Wel functioneel, maar minder luxe. Jaarlijks klein onderhoud Wij verwachten een extra uitgave voor het jaarlijks onderhoud, met name door het

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2010 | | pagina 30