18
Conclusies
Uit het onderzoek is gebleken dat de helft van de ouders soms vragen heeft over het
opvoeden en opgroeien van kinderen. Een kleine tien procent heeft vaak tot altijd behoefte
aan steun bij de opvoeding. Hieruit valt te concluderen dat de meeste ouders dus een
bepaalde behoefte hebben aan advies of hulp bij hun vragen. Jonge ouders en met een één
oudergezin hebben in vergelijking met meer ervaren ouders en ouders met een twee
oudergezin, een grotere steunbehoefte. De mate van steunbehoefte neemt af naarmate
ouders ouder worden.
Vragen worden in eerste instantie neergelegd bij vrienden en familie, maar ook het internet
en het lezen van opvoedkundige boeken zijn manieren om antwoord te vinden op
opvoedvragen. Gesprekken met de leerkracht en het consultatiebureau zijn de eerste
voorzieningen waar ouders gebruik van maken naast het verkrijgen van advies bij de
steunbronnen in hun eigen omgeving. De huisarts wordt voornamelijk als steunbron gebruikt
door oudere ouders, één-oudergezinnen, werkzoekenden en ouders met een laag inkomen.
Het blijkt dat ouders het meest behoefte hebben aan steun bij het gedrag van kinderen.
Problematisch gedrag van kinderen wordt in verschillende onderzoeken genoemd als de
opvoedingskwestie waar ouders veel vragen over hebben. De gezondheid en de
ontwikkeling van kinderen scoren eveneens hoog. Het zijn de jonge ouders met kinderen in
de leeftijdscategorie van 0 tot 4 jaar die hier voornamelijk vragen over hebben. De oudere
ouders met kinderen vanaf twaalf jaar hebben meer vragen over drank en drugsgebruik en
seksueel contact van jongeren. Ouders uit de lagere inkomensgroepen hebben in
verhouding meer behoefte aan steun bij de thema's echtscheiding en relationele problemen.
Ouders willen blijkbaar in eerste instantie zelf op zoek naar informatie of advies m.b.t. hun
vragen of problemen. Naast de steun van vrienden en familie, wordt het meest gebruik
gemaakt van het internet. Vooral de jonge ouders maken hiervan meer gebruik. Ouders
kunnen hier anoniem en in een veilige omgeving op zoek naar antwoorden. Bijna de helft
van de ouders geeft aan behoefte te hebben aan het gebruik van informatiefolders en
boeken bij hun opvoedvragen (schriftelijke informatie). Veertig procent geeft aan gebruik te
willen maken van een laagdrempelig inlooppunt en behoefte te hebben aan gesprekken met
professionals en dit zijn dan vooral de jongere ouders met jonge kinderen en ouders met
een één-oudergezin. Thema of informatiebijeenkomsten zou door veertig procent van de
ouders bezocht worden.
De jeugdgezondheidszorg en het consultatiebureau zijn het meest bekend bij de ouders.
Tevens wordt van deze voorzieningen het meest gebruik gemaakt. (School) maatschappelijk
werk is de twee instantie waarvan ouders regelmatig gebruik maken, vooral oudere ouders,
werkzoekenden en ouders met een laag inkomen. Dit sluit aan bij de onderwerpen waarover
ouders het meest vragen hebben namelijk het gedrag en de gezondheid van kinderen.
Veel ouders zijn van mening dat er voldoende aanbod aanwezig is binnen de gemeente of
hebben geen behoefte aan opvoedingsondersteuning. Een klein gedeelte van de ouders
vindt dat het aanbod moet worden uitgebreid of dat het niet duidelijk is waar je met je vragen
heen moet.
Uit het onderzoek is eveneens gebleken een kleine negentig procent aan gaf, dat zij het erg
belangrijk vinden dat het CJG een duidelijk overzicht biedt van waar zij met welke vragen
naar toe kunnen gaan. Daarnaast is een goede informatieve website van belang voor een
groot deel van de ouders. Ouders zien het CJG als oplossing voor de wachtlijsten en willen
graag direct worden geholpen. Anonimiteit is voor de meeste ouders niet echt van belang,
met uitzondering voor oudere ouders met oudere kinderen en ouders met een laaginkomen.
