1. Primair wordt aangesloten bij logische en natuurlijke grenzen
Onder logische erenzen wordt verstaan:
aansluiten bij bestaande dorpsstructuren; het is niet logisch om mensen die binding hebben met een
bepaald dorp bij een andere gemeente - en dus een ander dorp - te voegen. Dit in lijn met het rapport
van WagenaarHoes
- bestaande barrières aanhouden die in het landschap bepalend zijn en die mensen niet gemakkelijk
oversteken, zoals wegen, een spoorlijn en/of gegraven watergangen van enige omvang (bijvoorbeeld
de spoorlijn Leeuwarden-Zwolle, de A32 en het Prinses Margrietkanaal).
Onder natuurlijke grenzen wordt verstaan:
door natuur gevormde grenzen, zoals waterlopen, kreekruggen en/of landschapstypen.
2. Grenzen zijn passend bij de landschaptypen die vanuit landschapshistorie zijn te definiëren.
grenzen moeten passen bij de landschapstijlen die, vanuit de landschapshistorie hezien, aanwezig zijn.
Deze zijn onder andere weergeven in de Provinciale Verordening en de natuurlijke en
landschappelijke waarden zoals die zijn weergegeven in het bestemmingsplan Buitengebied 2008.
Op basis van deze leidende principes is bij de geografische uitwerking grotendeels aangesloten bij de
bestaande dorpsgebiedsgrenzen. Deze zijn door Boarnsterhim laatstelijk bij raadsbesluit van 2 september
2008 vastgesteld. Daarbij is de sociale structuur zorgvuldig geborgd; inwoners die zich bij bepaalde dorpen
betrokken voelen, zijn ook aan de dorpsgebieden van die dorpen toegevoegd (bijvoorbeeld de jachthaven
Sneekerhof en Abbenwier die nabij het Sneekermeer liggen, maar wel op Jirnsum gericht zijn, alsmede
Flânsum en de Hegedyk die op Raerd gericht zijn en daar ook bij ingedeeld zijn). In een enkel geval is hier
van afgeweken, aangezien een bestaande natuurlijke grens daar aanleiding voor gaf.
Voor wat betreft de grenzen is waar mogelijk aangesloten bij grootschalige, rechte watergangen. De grens
tussen twee gemeenten wordt in die gevallen gevormd door het hart van de watergang, (bijvoorbeeld
Prinses Margrietkanaal, Slachtegat, Mûzel). Het midden van de watergang als grens heeft als voordeel dat
er geen problemen ontstaan of de oever nu wel of niet bij een gemeente hoort (in sommige waterlopen
liggen nog wel eens 'buitendijkse gebieden'; indien de oever de grens zou zijn leidt dit tot discussie wat
dan de oever is) en dat het overzichtelijk is. Alleen bij kleinere waterlopen is in voorkomende gevallen de
bestaande dorpsgrens aangehouden (bijvoorbeeld de Krûsbrekken; een watergang zonder duidelijk verloop,
niet een doorlopende watergang met duidelijk begin- en eindpunt).
Naast de leidende principes is zorgvuldig gekeken naar beheeraspecten zoals riolering, het onderhoud van
wegen en bermen of het ophalen van afval. Hiervan is vastgesteld dat een pragmatische aanpak, waarbij de
nieuwe gemeenten over de beheeraspecten in een later stadium afspraken maken, het meest passend is bij
de opgaven die er zijn. Dit is conform staand beleid. De geografische uitwerking geeft geen aanleiding hier
- van af te wijken.
Een gedetailleerde kaart is opgenomen in bijlage 1
2.7 Motieven voor samenvoegingen
De ontvangende gemeenten hebben in verschillende stadia van het proces gemotiveerd waarom zij
openstaan voor de door Boarnsterhim voorgestelde splitsing en welke meerwaarde zij zien in toevoeging
van de overgaande gebiedsdelen aan hun gemeenten. Heerenveen en Leeuwarden hebben dit in essentie
weergegeven in hun position papers uit 2010. Súdwest-Fryslân en Skarsterlân geven in hun principebesluit
herindeling/opdeling Boarnsterhim van juni respectievelijk juli 2011 toelichting op hun beweegredenen.
2.7.1 Motieven voor samenvoeging met Leeuwarden
De samenvoeging van het noordelijk deel van Boarnsterhim met de gemeente Leeuwarden biedt
Leeuwarden een versterking van haar positie. Daarbij geldt dat de uitkomsten van de gehouden petearen in
24