Ligplaats innemen. Artikel 2. 1Het is de rechthebbende op een vaartuig verboden daarmee ligplaats in te nemen. 2. Het in lid 1 gestelde verbod is niet van toepassing op het innemen van ligplaats: a. met een vaartuig aan een krachtens artikel 9 of bij een geldend bestemmingsplan als zodanig aangewezen ligoever, mits daarvoor een vergunning van burgemeester en wet houders is afgegeven, dan wel in een bij geldend bestemmingsplan aangewezen haven of andere bij bestemmingsplan aangewezen gelegenheid die bestemd is om een vaartuig onder te brengen; b. met een vaartuig, behorende tot een categorie vaartuigen, waarvoor het verbod op grond van het gestelde in lid 3, buiten toepassing is verklaard. 3. Het in lid 1 gestelde verbod is niet van toepassing op de volgende categorieën van) vaartui gen: a. ten hoogste twee vaartuigen voor eigen gebruik, exclusief vaartuigen als bedoeld in onder deel b van dit lid, niet zijnde recreatie-arken, die ligplaats innemen: 1aan het erf van een woning of recreatiewoning of aan het erf met een woonwagen in de zin van artikel 1 lid I aanhef en onder f van de Huisvestingswet, of 2. bij een woonschip in de zin van artikel 1 lid 1 aanhef en onder c van de Huisvestingswet, of 3. bij een vaartuig dat overeenkomstig inrichting en bestemming blijvend op dezelfde plaats ligt afgemeerd en in gebruik is als recreatie woonverblijf (recreatieark); b. kleine open vaartuigen die zijn gebouwd en bestemd om uitsluitend of hoofdzakelijk door spierkracht te worden voortbewogen; c. woonschepen in de zin van artikel 1 Ud 1 aanhef en onder c van de Huisvestingswet waar voor een vergunning op grond van de woonschepenverordening is verleend; d. vaartuigen die zijn ingericht of bestemd om voor de uitoefening van een bedrijf of dienst te worden gebruikt gedurende de tijd dat deze overeenkomstig hun inrichting of bestemming worden gebruikt of ligplaats innemen op voor deze vaartuigen daarvoor bestemde ligplaatsen. e. vaartuigen die nog in aanbouw zijn dan wel in reparatie of onderhoud zijn, zolang deze zich op of aan de werf dan wel in of bij de reparatie- en/of onderhoudsinrichting bevinden. 4. Burgemeester en wethouders kunnen van het in lid 1 gestelde verbod ontheffing verlenen. Aanleggen. Artikel 3. 1Het is de rechthebbende op een vaartuig verboden daarmee aan te leggen in of aan een riet kraag of aan of op een krachtens artikel 10 als zodanig aangewezen oever. Pagina 2 3 03 Bylage ligplaatsenverordening.tekst verordening d.d.14-02-2012.doc/ezhb/2

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2012 | | pagina 18