januari 2014 te fuseren tot één gemeente. Verder worden in Noardwest Fryslan de mogelijkheden van
herverdeling tegen het licht gehouden. De gemeente Boarnsterhim wordt daarnaast per 1 januari 2014
opgeheven. Dit leidt tot nog nader te maken specifieke afspraken over de situatie in 2013 en verder.
De GR Fryslan West heeft de uitvoering belegd bij NV Empatec waarvan het GR bestuur aandeelhouder is.
Binnen Empatec is kennis en kunde aanwezig om de sw-doelgroep te begeleiden en ondersteunen. De sw-
medewerkers zijn in loondienst van Fryslan West en worden betaald op basis van de Wsw-CAO die de VNG
(als gemeentelijke werkgeversorganisatie) en werknemersorganisaties afsluiten. Relatief veel sw-
medewerkers zijn gedetacheerd bij een reguliere werkgever of werken in loondienst van de reguliere
werkgever waarbij Empatec begeleiding biedt (dit is het 'begeleid werken', een sw-instrument dat op enkele
fiscale aspecten na vergelijkbaar is met het nieuwe instrument loondispensatie in de Wwnv). Dit gaat naar
tevredenheid van doelgroep en werkgevers. Door deze activiteiten heeft Empatec veel contacten met
werkgevers, neemt soms ook onderdelen van het productieproces over en spreekt daarnaast de taal van de
werkgevers. Daarnaast heeft Empatec een aantal werksoorten, zoals schoonmaak, groenvoorziening en
dergelijke, waarbij de doelgroep loonvormende arbeid verricht. Verder ondersteunt Empatec -onder andere
door middel van Empaselect BV- bijstandscliënten die vanuit gemeenten door Empatec worden bemiddeld of
'arbeidsfit' worden gemaakt, onder andere met de "workfirst" aanpak. Tevens heeft Empaselect door middel
van haar werkprojecten een aanpak voor
WWB-cliënten ontwikkeld waarbij de competenties en vaardigheden die men nodig heeft om deel te nemen
aan de samenleving en op de arbeidsmarkt centraal staan. De combinatie van detachering, begeleid
werken, werksoorten en re-integratiedienstverlening maakt dat Empatec al jarenlang zwarte cijfers schrijft, in
tegenstelling tot veel andere sw-bedrijven in het land.
Afbouw van Empatec betekent het geheel aan activiteiten van Empatec beëindigen en het bij de gemeenten
onderbrengen van de sw-doelgroep (inclusief lopende arbeidsvoorwaarden). Een andere afbouw-variant is
bij Empatec enkel de sw-doelgroep te houden. Daarbij dient rekening te worden gehouden met het feit dat
deze doelgroep minder werkzaamheden kan uitvoeren en de werkzaamheden die nog uitgevoerd kunnen
worden minder opbrengen. Daarbij nemen verhoudingsgewijs de kosten voor aanpassingen, ondersteuning
en begeleiding toe. Dat betekent dat activiteiten als bijvoorbeeld groenvoorziening niet of minder kunnen
worden uitgevoerd. Andere activiteiten zullen in z'n geheel moeten worden afgestoten. Met deze stip op de
horizon wordt een negatief exploitatieresultaat verwacht tussen de 3 en 4,5 miljoen euro per jaar. Daarmee
wordt de exploitatie relatief wei beter dan bij niets doen: zonder beleidswijziging is het negatieve
exploitatieresultaat 7 miljoen euro per jaar structureel. Het tekort zal omgeslagen moeten worden naar
gemeenten. Om deze (relatieve) verbetering te bereiken zijn frictiekosten benodigd van tussen de 10 en 20
miljoen euro. Daarvan krijgt de GR 5,4 miljoen euro uit de herstructureringsfaciliteit.
In een aantal regio's in Nederland wordt dit model doorgezet. Het zijn sw-bedrijven die de laatste jaren rode
cijfers schrijven en waar gemeenten geen vertrouwen (meer) hebben in de mogelijkheid van het maken van
een omslag. Grote kosten zit in het afschrijven van activa (zoals gebouwen) en kosten het afvloeien van
personeel.
Doorontwikkelen van Empatec betekent dat naast de sw-doelgroep er ook (meer) gebruik wordt gemaakt
van de huidige kennis en infrastructuur van de Wsw-uitvoeringsorganisatie voor andere gemeentelijke
doelgroepen. Daar waar de Wwnv- doelgroep in complexiteit van de problematiek gaat toenemen, kan de
expertise van Empatec een positieve rol spelen bij het vinden van een reguliere dienstbetrekking. Daarnaast
(en duidelijk als tweede) kan een deel van de doelgroep worden gedetacheerd waarvan reguliere
werkgevers ze niet (direct) in dienst wil nemen. Verder kan de groep (als derde) die niet gedetacheerd kan
worden, loonvormende arbeid verrichten op basis van de mogelijkheden die de doelgroep heeft. Dit houdt in
dat er voor gemeenten inverdieneffecten ontstaan die bezien vanuit het gehele financiële systeem van