Aangezien de op- en inritten en ontsluitingswegen niet zijn geregeld in de bestemming voor woonboerderijen, is dit ook aangepast. In de bestemming "Wonen- Woonboerderij" is in de bestemmingsomschrijving daarom opgenomen dat voor op- en inritten en ontsluitingen tevens zijn toegestaan. Om te kunnen waarborgen dat de bovenstaande aanpassing voor alle percelen in het buitengebied geldt, is de genoemde aanpassing ook verwerkt in het bestemmingsplan Buitengebied 2008 - 2de partiële herziening. Daarnaast had de eigenaar van het perceel Burd 15 aangegeven dat het zuidelijk deel van de gronden in zijn eigendom de bestemming "Woonboerderij" dienden te hebben. Deze gronden lopen ten zuiden van de woning tot aan het meer. Deze gronden hebben in het bestemmingsplan Buitengebied 2008 de bestemming "Natuur gebied". De Raad van State oordeelde dat onvoldoende is gemotiveerd waarom de bestemming "Woonboerde rij" bij het perceel Burd 15 niet doorliep tot het meer, maar bij het perceel Burd 10 en enkele andere perce len wel. In de 1ste Partiële herziening is voor de gronden ten zuiden van de woonboerderij tot aan het meer tevens de bestemming "Natuur-Natuurgebied" opgenomen. Met betrekking tot deze keuze is het volgende overwogen. Voor de percelen op De Burd waar de bestemmingen doorlopen tot aan het meer, geldt dat het merendeel van deze percelen een recreatieve bestemming hebben. Binnen de recreatieve bestemming is een kleinere opper vlakte aan bebouwing toegestaan, dan binnen de bestemming "Woonboerderij". Ook mogen er bij recreatie woningen geen bijgebouwen worden opgericht. Op grond hiervan is niet sprake van eenzelfde situatie als be schreven aan De Burd 15. Ook geldt dat een aantal percelen op geringe afstand van het meer liggen. De af stand tussen de bestaande bebouwing op deze percelen en de oever van het meer is aanzienlijk kleiner dan de afstand tussen de bestaande bebouwing en de oever van het meer van het perceel aan De Burd 15. Er is geen sprake van eenzelfde situatie. In relatie tot Burd 10 te Grou (ook woonperceel) geldt dat het perceel aan de Burd 10 van geringere omvang is dan het perceel aan de Burd 15. Hier is geen sprake van een gelijke situatie. De kade behorende tot het per ceel aan Burd 15 is nadrukkelijker in het landschap aanwezig dan de kade langs de Burd 10. Het natuurlijke beeld van de aanwezigheid van de kade is waardevol en karakteristiek voor het eiland De Burd. De kade heeft tevens waarde in de zin van een waterkerende functie. Deze functie moet behouden blijven en om deze reden is het dan ook niet gewenst dat de kade bebouwd raakt. Tevens is het zo dat het Waterschap ruimte nodig heeft voor het onderhoud van de kade. Ook om deze reden is het toestaan van bebouwing op de kade onge wenst. De omstandigheden dat het perceel aan De Burd 15 groter is in omvang dan het perceel aan De Burd 10, de kade qua inrichting past in het natuurlijke en landschappelijke beeld van De Burd en de waterkerende functie van de kade ter hoogte van het perceel De Burd 15, brengt mee dat de gronden ten zuiden van het genoemde perceel opnieuw bestemd zijn voor "Natuur - Natuurgebied". Er is immers geen sprake van een gelijk geval (b.v. als Burd 10) dat gelijk moet worden behandeld. Daarnaast heeft de Raad de State goedkeuring onthouden aan het perceel naast Burd 20b te Grou, kadastraal bekend als GRO OOC 1946. Het perceel had in het bestemmingsplan Buitengebied de bestemming "Natuurge bied". Het perceel en de daarop aanwezige bouwwerken worden recreatief gebruikt. Dit was illegaal. Voor het gebruik en de bouwwerken was nooit een vergunning verleend. Er waren al een aantal handhavingsproce- dures doorlopen waarbij in beroep en hoger beroep uitspraken was gedaan. De uitkomsten hiervan waren dat de caravan en vlonder konden blijven staan met uitsterfconstructie op basis van het handhavingsbeleid, maar dat het schuurtje afgebroken diende te worden. Met betrekking tot de bestemming van het perceel in het bestemmingsplan Buitengebied 2008 heeft de Raad van State daarna echter als volgt geoordeeld. Op het perceel zijn een aantal bouwwerken aanwezig: een ca ravan en de houten vlonder. De caravan betreft een legaal bouwwerk. Ook het gebruik van de gronden voor recreatief gebruik is legaal gebruik. Uit de uitspraak blijkt dat de gronden en de bijbehorende bouwwerken namelijk ten onrechte onder het overgangsrecht zijn gebracht. Hierbij is van belang dat de gronden en bouw werken in het eerdere bestemmingsplan ook onder het overgangsrecht waren opgenomen (ook het schuurtje dat op het perceel aanwezig was viel aanvankelijk onder het overgangsrecht van het vorige bestemmingsplan viel. Aangezien deze in het geheel is afgebroken en vernieuwd, viel het niet meer onder het overgangsrecht. Tegen deze schuur is handhavend opgetreden en de schuur is inmiddels verwijderd. Het wederom onder het overgangsrecht brengen van het recreatieve gebruik en het bouwwerk op het perceel is alleen aanvaardbaar als aannemelijk is dat dit gebruik binnen de planperiode daadwerkelijk zal worden be ëindigd. De gemeente heeft aangegeven niet handhavend op te treden tegen de aanwezigheid van de caravan en de vlonder. De Raad van State heeft geconcludeerd dat te weinig is gemotiveerd dat het gebruik en de bouwwerken binnen de planperiode zullen worden beëindigd. In de 1ste Partiële herziening is daarom het gehele perceel naast De Burd 20b te Grou meegenomen. Ten behoeve van het recreatieve gebruik van het perceel naast De Burd 20b te Grou is in de bestemmingsom schrijving van de bestemming "Natuur-Natuurgebied" de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - verblijfs- recreatief medegebruik' opgenomen. Hiermee is het recreatieve gebruik van de gronden positief bestemd. Pagina 8 2 02 Informerend Raadsvoorstel VO-BP Partiele herziening Buitengebied 2008.doc/8 8/11

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2012 | | pagina 17