Bestemmingsplan
Het verrichten van een exploratieboring op de voornoemde locatie en de eventueel daarop volgende winning
van aardgas is bij recht niet mogelijk in het vigerende bestemmingsplan "Bestemmingsplan Buitengebied 2008,
Gemeente Boarnsterhim". Hierin is de locatie bestemd als 'Agrarisch gebied'. Het nieuwe bestemmingsplan is
zo opgesteld dat als er na de proefboring geen winbaar aardgas wordt gevonden de locatie door middel van
een opgenomen wijzigingsbevoegdheid weer kan worden omgezet naar de oorspronkelijke agrarische functie.
Op het moment dat er sprake is van een succesvolle proefboring kan eveneens met een wijzigingsbevoegdheid
de proefboorlocatie worden gewijzigd in een winningslocatie (mijnbouwlocatie). Het toepassen van de wijzi
gingsbevoegdheid kent een eigen procedure waarbij het college het bevoegd gezag is. Het voorontwerp be
stemmingsplan is zowel intern als extern (Milieu Advies Dienst) beoordeeld en uit de onderzoeken zijn geen
zaken gebleken die een exploratieboring op onderhavige locatie in de weg staan.
Bevoegd gezag
Voor de aanleg van de boorlocatie dienen verschillende procedures te worden doorlopen. Naast de ruimtelijke
procedure (bestemmingsplan) dient na vaststelling van het bestemmingsplan de Wabo procedure voor de aan
vraag om een omgevingsvergunning te worden doorlopen. Voor het opstellen van het bestemmingsplan is de
gemeente Boarnsterhim het bevoegd gezag. Het bevoegd gezag voor de aanleg van de boorlocatie is het Minis
terie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.
M.e.r.-beoordeling
In het Besluit milieueffectrapportage is aangegeven voor welke activiteiten een m.e.r.-procedure of ee|A
m.e.r.-beoordelingsprocedure doorlopen dient te worden. Het uitvoeren van een exploratieboring betreft eei^
zogenaamde diepboring. Conform het Besluit milieueffectrapportage dient voor de beoogde activiteit een
m.e.r-beoordeling te worden uitgevoerd. Het bevoegd gezag, het bestuursorgaan dat bevoegd is tot het voor
bereiden dan wel vaststellen van het betreffende besluit, moet beoordelen of deze activiteiten belangrijke
nadelige gevolgen voor het milieu kunnen hebben. Het bevoegde gezag is in deze de gemeenteraad aangezien
zij ook het bevoegd gezag is voor het vaststellen van het bestemmingsplan en deze m.e.r.-beoordeling in het
kader van deze procedure is uitgevoerd.
Vermilion heeft naast onderhavig bestemmingsplan een aanmeldingsnotitie m.e.r.-beoordeling ingediend bij
de gemeenteraad van de gemeente Boarnsterhim. Deze m.e.r.-beoordeling volgt een separate procedure met
een eigen besluit. Deze besluitvorming zal tegelijk (in dezelfde vergadering) met de besluitvorming inzake de
vaststelling van het bestemmingsplan in de gemeenteraad plaatsvinden waarbij de gemeenteraad op voorhand
wordt geïnformeerd.
De conclusie van de m.e.r.-beoordeling is als volgt: Gelet op het inzicht in de potentiele effecten, de mate en
omvang waarin deze zich voordoen in relatie tot de plaats van het project en de mogelijkheid deze effecten
te beperken middels bedrijfsvoering, vergunningvoorwaarden en algemene regels, is de conclusie dat het
doorlopen van een milieueffectrapportage geen toegevoegde waarde kent voor de oprichting van de boorloca
tie en voor het uitvoeren van een exploratieboring naar een mogelijk aardgasvoorkomen nabij Warten. D^^
gemeenteraad moet besluiten of zij het eens is met voornoemde conclusie of dat de gemeenteraad (gemot^P
veerd) toch van mening is dat een m.e.r.-procedure doorlopen dient te worden.
Kanttekeningen
Geen
Er is overleg gevoerd met
Afdelingen OW, PUZA, BOP en de Milieu Advies Dienst.
Wettelijke/contractuele verplichting
Geen
Financiële consequenties
Het opstellen van het bestemmingsplan is voor rekening en risico van de initiatiefnemer en daarnaast wordt
een planschadeverhaalsovereenkomst gesloten.
ARHI
Niet van toepassing.
Uitvoering
Na instemming door uw college wordt het plan voor inspraak ter inzage gelegd en overleg gepleegd met het
Pagina 2
3 07 Bylage Exploitatieboring Hempens V0.doc/2 2/3