Hoofdstuk 2
Jongeren Participatie
2.1 Nut van jongerenparticipatie
De jeugd heeft de toekomst en moet daarop worden voorbereid. Het is dus van
belang dat jongeren worden betrokken bij beslissingen die hen (later) aan gaan. Met
een moeilijk woord noemen we dit 'jongerenparticipatie': De vrijwillige deelname van
jongeren aan activiteiten die gericht zijn om maatschappelijke en politieke
besluitvormingsprocessen te beïnvloeden. De grens tussen maatschappelijke en
politieke participatie is vaag. Maatschappelijke participatie loopt vaak over in
politieke omdat de overheid de regels stelt waarbinnen maatschappelijke activiteiten
ontplooid kunnen worden. In dit voorstel duiden we met jongerenparticipatie dan
ook de deelname beïnvloeding van politieke besluitvormingsprocessen aan.
Door ervaring op te doen leren jongeren bovendien keuzes te maken, hun mening te
verwoorden, inzicht te krijgen in het politieke systeem en democratische processen:
Dit bevordert het verantwoordelijkheidsgevoel en draagt bij aan een betere
maatschappelijke ontwikkeling van jongeren.
Participatie door jongeren is niet alleen voor henzelf van belang, maar ook voor de
overheid. De overheid beslist over zaken die jongeren aangaan, terwijl ze vaak niet
precies weet wat er onder jongeren leeft: Door te overleggen met jongeren kan het
gemeentelijk beleid beter aansluiten bij de behoefte en de belevingswereld van
jongeren: Nagaan of het bestaande aanbod voor jongeren aansluit bij hun behoeften
en bespreken welk aanbod er ontwikkeld moet worden. Ook bij het zoeken naar
oplossingsrichtingen bij problemen met jongeren is het voor de overheid goed om
hier de jongeren zelf bij te betrekken. De beste experts over de belevingswereld van
jongeren zijn de jongeren zelf!
Door jongeren te betrekken bij de beleidsvorming, kan bovendien het draagvlak voor
gemeentelijke maatregelen, en daarmee de bereidheid van jongeren om er aan mee
te werken, worden vergroot.
2.2 Recht op participatie
"leder kind heeft het recht zijn of haar mening te vormen en te uiten in alle
aangelegenheden die het kind betreffen.Dat stelt artikel 12.1 van de Universele
Verklaring van de Rechten van het Kind (1990), die van kracht is sinds 1995.
Gemeenten kunnen dus moeilijk om jongerenparticipatie heen. Een enquête van het
instituut voor Publiek en Politiek toonde aan dat jongerenparticipatie binnen
gemeenten een staand begrip is geworden. In 90% van de Nederlandse gemeenten
is jongerenparticipatie een aandachtspunt. Ook Boarnsterhim behoort tot deze 90%:
De gemeente Boarnsterhim kent tot op heden geen jongerenraad.
2.3 Mate van participatie
Een ander interessante conclusie van het onderzoek van IPP is dat hoewel 90 van
de gemeenten jongerenparticipatie belangrijk vindt, amper de helft van hen jongeren
4