onverharde we sen leidt tot een ongewenschte bebouwing, we lice de Raad door goed geformuleerde voorschriften ken tegengaan. "Het is ook de overheid,die de be bouwing leiden moet en niet de peri:iculier,die aan een wi 11ekeurigen reed huis plaatsen gaat verkoopen en den weg eventueel verlengt volgens den minst finoncieelen weesstend.Op die wijze zouden b.v.al lerlei particuliere slopjes langs den weg kunnen ontstaan,het geen allerminst gewenscht is en de gemeentelijke diensten duur mar kt Hieraan kan nog het volgende worden toegevoegd: 1.Zonder deze bepaling is straetarnleg door de Gemeente of door particulieren een zeer groot financieel waagstuk,omdat huispicatsen aan onverharde wegen natuurlijk goedkooper kunnen worden verkocht en de exploitant van bouwterrein met zijn bouwrijp gemarkte grond blijft zitten/waar de gemeente zelf bouwterrein exploiteert in Harga,zou zij zich o. .h.w .oneerlijke concurrentielaten aandoen. 2.//aar in een dorp der gemeente de streatenleg reeds jaren lang door de ei?enaren der huizen wordt betaald,met bovendien nog een onderhoudsbijdrage aan de gemeente bij de overdracht van de straat,zou het hoogst onbillijk zijn tegenover deze personen,alsmede tegenover diegenen welke op boerderi jen,niet aan een weg gelegen wonen,dat de gc-mecnte een bijdrage ging verleenen voor de verharding van reeden,waaraan zij het ont staan van bebouwing niet had tegengegaan. 3.Straataanleg is belangrijk goedkooperwanneer dit kan ge beuren voor of tegeli jk,,jnet het bouwen der huizen,dan wanneer later f een bestaande reed moet worden verhard. Op grond van het bovenstaande meen ik U te mogen advi- seeren de betreffende bepalingen onveranderd te handheven. De drie door de Commissie voorgestelde wijzigin.en zijn evenzooveel verbeteringen,we lke voor zichzelf spreken./i/et betreft fle oppervlakte binnen de rmnren van 30m^ ,kan worden opgemerktdat a lle plannen voor woningbouw we lke gedurende de beide laatste jaren zijn cinnengekomen,een belangrijk grooter oppervlakte lieten zien. De dikte der buitenmuren van woningen is door mij met den inspecteur van de Volkshuisvesting te sproken, omdat in dit geval de concept-verordening afweek van de be staande.Omdat in de bestaande verordening een êénsteensbuitenmuur was voor geschreven gaf de Inspecteur er de voorkeur aan,dat dit ook In de nieuwe verordening zoo zou blijven en ^chtte hij het geen bezwaar,dat op dit punt de verordening van de gemeente idaarderadeel zou afwijken van die van andere gemeenten. Dat van overheidswege wordt bepaald,dat een gierkolk waterdicht moet zijn en dat op de constructie en op de ver vaardiging wordt toegezien,is zeker nuttig en behoort beslist bij het bouwtoezicht. Met den inhoud van dit schrijven kunnen wij ons zeer wel vereenigen;bij nadere beschouwing zijn wij evenwel van meening,dat het tevens gewenscht is,in het door de commissie voorgeste 1de J3e^ lid van art.39,het hebben van eene opening voor het doorlaten van de pri va afjonnen ,wccr moge li ik, bindend voor te schrijven. Dit lid zou alsden moeten luiden: De opening bestemd voor het doorlaten van de privaattonnen welke,waar mogelijk aanwezig moet** zijn,moet ten minste 0.50 lvi breed en ten minste O.55 k hoos zijn". De vraag van het lid der commissie,of het maken ven voor schriften inzake gierkolken bij boerderijc-n,anders dan in bijzon dere gevallen,wel tot de taak en de competentie van de Overheid behoort,meenen wij bevestigend te moeten beantwoorden. Aan

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1936 | | pagina 13