Aan
de Leden van de Raad der gemeente
IPAARDE'RADBB L
Punt 17. Voor de benoeming van een lid van de Damescommissie van
toezicht op het handwerkenonderwijs te R^rr^nuizum (vaca
ture Mevr»IJ,Y/iersma«Tinga) worden aanoevolen:
1. Mevr, R.Smeding - de Groot;
2, Mevr. J.v.Gorkum - Boersma»
VI. D eerdat de rechtspositie van het onderwijzend personeel
wettelijk is geregeld, bepaalt artikel 2 van het Ambtenaren
reglement^ dat dit reglement niet van toepassing is op het
onderwijzend personeel der o.l.- en u.lo.scholen.
Ha de totstandkoming van genoemde bepaling is echter een
nieuwe functie in het leven geroepen, n.m.die van vakonder
wijzer belast met het geven van onderwijs in lichamelijke
oefening. Deze functionnaris valt ©venwel niet onder de be
palingen der l.o.wet 1920. terwijl bij de tegenwoordige
redactie "fan artikel 2 van het Ambtenarenreglement dit re
glement evenmin op hem van toepassing is.
Waar wij van mening zijn, dat ook de rechtspositie van
deze leerkracht dient te worden geregeld, stellen wij U
voor, artikel 2,1e lid van het Ambtenarenreglement te wij
zigen en te lezen alsvolgt:
Hst reglement is niet van toepassing i>p het onderwijzend
"personeel (vakonderwijzers hieronder niet begrepen) der
"openbare lagere en uitgebreid lagere scholen der gemeente,
"noch op hen op wie de Pensioenwet 1922,3,240 niet van toe
passing is,"
VII, Op het voetspoor van de voor het particuliere bedrijfs
leven getroffen regeling, is voor hef burgerlijk rijksper
soneel een gratificatie-regeling vastgesteld Krachtens welke
voor hen, wier jaarwedde met vaste toelagen maximaal
4032,-(voor gehuwden) of 3S28,~ (voor ongehuwden-niet-
enige kostwinners) bedraagt, over 1947 een gratificatie
wordt toegekend van 2der bezoldiging tot een maximum van
50.-,
De gratificatie wordt alleen toegekend aan hen die in
overheidsdienst een volledige dagtaak vervullen.
Wij stellen U voor deze rijksregeling van toepass. j te
verklaren voor het gemeentepersoneel.
YIII. Ten behoeve van het voetpad Irnsumerzijl-Priens, onder
hield de gemeente een z.g. "draai" gelegen ever het vaar
water de Moezel,. Haast deze draai bevonden zich z.g.
"barten"? waarvan onderhoud en beheer berustte bij de on
derhoudsplichtigen, laatstgenoemden hebben deze barten
thans vervangen door een vaste betonbrug, als gevolg waar
van de aan de gemeente toebehorende draai kon vervallen»
Waar door de totstandkoming van deze betonbrug de gemeen
te voor de toekomst ontheven is van onderhouds- en vernieu-
wingskosten van bedoelde draai, verzoeken voormelde onder
houdsplichtigen toekenning van een bijdrage in de kosten
van de betonbrug.
Wij menen, dat billijkheidshalve aan dit verzoek behoort
te worden voldaan en stellen U mitsdien voor, een bijdrage
van 10Oo- toe te kennen.
Punt IX
