De Voorzitter merkt op, dat het gemeentebestuur rekening moet houden met de maatschappelijke ordening van dit ogenblik* Indien B,en W0 van mening waren geweest, dat de onteigening tot betere resultaten zou hebben geleidzou een voorstel daar toe zijn ingediend. De heer van der Mark zegt5 dat het gaat om het principe van de verkoop en vraagt zich af, of de Raad accoord moet gaan met een toestand, die deze hoge prijzen schept* Spreker bedient Gich in dit verband van de uitdrukking "grondspeculatie De Voorzitter zegt; de opmerking van de heer van der Mark niet te kunnen toelater^» De eigenaren wilden de betreffende grond liever niet verkopen, doch hebben om redenen van algemeen belang hun voorkeur ter zijde gezet» Wethouder de Jong is eveneens van mening, dat de door de heer van der Mark gelanceerde principekwestie in de Tweede Kamer behoort te worden uitgevochten, De Raad dient zich bij aankopen als de onderhavige te baseren op de huidige toestand. Het voorstel is de vrucht van vrij overleg, waaraan elke dic tatuur vreemd is Ha nog enige discussie trekt de heer van der Mark zijn voorstel in, waarna zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van B, en W« wordt besloten. Voorstel tot onteigening van een perceel grond met toebehoren te WargaT Ten behoeve van de verbetering van het wegvak Goutum via Warga tot Wartena met de bijkomende werken dient de gemeente o.m. de beschikking te verkrijgen over het perceel, kadastraal bekend gemeente Warrega, sectie A no,3010, ter grootte van 7.45 are, in eigendom bij Jacob Weijer, veehouder te Warga, De met de eigenaar gevoerde onderhandelingen inzake aan koop van het hierbedoelde perceel hebben totnogtoe geen resul taat opgeleverd, In verband hiermede en teneinde verder tijdverlies te voor komen stellen B„en W* voor, met toepassing van de bepalingen def' onteigeningswet over te gaan tot onteigening van genoemd perceel met opstallen en daartoe vast te stellen het bij de raadsstukken ter inzage liggend^ concept ■■besluit. De heer Sijtema vraagt, of er geen andere mogelijkheid dan alleen die van onteigening meer open staat en of de taxatie naar afbraak- dan wei naar bedrijfswaarde geschiedt. De Voorzitter antwoordt, dat er nog enige kans op overeen stemming bestaat, nu er taxateurs zullen worden aangewezen. Wat de taxatie betreft, zal elke schade daarin worden verdis conteerd De heer van der Mark, zich baserende op de inlichtingen, welke hij van de heer Weijer heeft gekregen, zegt, dat de door B.en W, gedane beloften niet worden vervuld en beschuldigt" het college van woordbreuk, Ingeval tot onteigening wordt vergegaan, wordt er brood roof gepleegd jegens een ingezetene der gemeente. De Voorzitter meent, dat er hier geen sprake is van woord breuk of broodroof, In een indertijd te Warga met belangheb benden belegde vergadering is er terloops over gesproken, dat de heer Weijer een nieuwe boerderij moest hebben. Uiteraard komt de meerwaarde van een zodanige boerderij voor rekening van de heer Weijer* B.en W. hebben volgens Spreker hemel en aarde bewogen, om de heer Weijer te doen besluiten, een deskundige aan te wijzen voor de taxatie, evenwel zon&er resultaat. Hoewel thans blijkt, dat de medewerking voor de aanwijzing van een taxateur van de zijde van de heer Weijer zal worden verleend, hebben B.en W«, teneinde eventueel tijdverlies te voorkomen, het voorstel op de agenda geplaatst. —De

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1949 | | pagina 11