2e Aanvullingsagenda voor de raadsvergadering van 3 Decem
ber 1951.
Voorstel tot reorganisatie van het armwezen.
De verouderde organisatievorm van het armwezen in deze gemeen
te is indertijd aanleiding geweest,om een voorstel te doen tot
instelling van een Gemeentelijke Sociale Dienst en tot ophef
fing van de bestaande burgerlijke armbesturen. Voor de nadere
motivering zij verwezen naar punt 3 van de raadsagenda van 28
December 1949. De voorgenomen reorganisatie heeft,zoals bekend,
geen doorgang kunnen vinden,omdat enerzijds de kerkvoogdijen
niet bereid of in staat waren,hun contractuele verplichting
tot het verlenen van jaarlijkse bijdragen aan de burgerlijke
armbesturen te vervangen door een nieuwe verplichting,om deze
bijdragen voortaan in de gemeentekas te storten.De financiële
positie der gemeente liet anderzijds derving van deze inkomsten
niet toe.
Nu de begrotingspositie voor 1952 reden geeft tot een gema
tigd optimisme,hebben Burgemeester en Wethouders gemeend,ander
maal een poging te moeten doen,om tot reorganisatie van het
armwezen te geraken.Aan de kerkvoogdijen van Grouw,Roordahui-
zum en Wartena,welke jaarlijks een bijdrage aan de plaatselijke
burgerlijke armbesturen verleenden van respectievelijk 807.-,
820.- en 100.-,is gevraagd,hun medewerking te verlenen in
dier voege,dat zij zich bereid verklaarden een afkoopsom ineens
van viermaal de jaarlijkse bijdrage in de gemeentekas te stor
ten ter vervanging van de van ouds bestaande verplichting.
Met voldoening kan worden geconstateerd,dat de betreffende
kerkvoogdijen in bevestigende zin hebben geantwoord. Ofschoon
tengevolge van deze regeling de gemeente zekere inkomsten derft,
achten Burgemeester en Wethouders het verantwoord,over dit be
zwaar heen te stappen,temeer omdat de jaarlijkse bijdrage-rege-
ling in het algemeen als onbillijk werd aangevoeld.
In verband met het vorenstaande wordt thans voorgesteld,om
ingaande 1 Januari 1952:
a.in t e stellen een Gemeentelijke Sociale Dienst en daartoe
vast te stellen de bij de raadsstukken gevoegde concept-ver
ordening 5
b.op te heffen de burgerlijke armbesturen te Grouw,Roordahuizum,
WargaWartena en Idaard,alsmede de instelling voor Maatschap
pelijk Hulpbetoon en de functie van armmeester,een en ander
onder voorwaardedat de kerkvoogdijen der Nederlands Hervorm
de Gemeente te Grouw,Roordahuizum en Wartena vóór 1 Januari
1952,ter vervanging van hun jegens de plaatselijke burger
lijke armbesturen bestaande verplichting tot het betalen van
een jaarlijkse bijdrage,een afkoopsom ineens in de gemeente
kas storten respectievelijk ten bedrage van 3228»-,
3280.- en 400.-;
c.de bezittingen en inkomsten der bij dit besluit opgeheven
lichamen over te dragen aan de gemeente en aan te wenden in
het belang der armenverzorging;
d.in te trekken de bij besluit van 31 0ctober/30 December 1940
vastgestelde Verordening tot regeling van het armwezen in de
gemeente Idaarderadecl
e.te benoemen tot directeur van de Gemeentelijke Sociale Dienst
de thans in functie zijnde armmeesterde heer P.Horns tra te
G rouw.