In ds eerste plaats lijkt hem het stellen van een symbolische huur van f.1,
niet juist. Naar zijn mening zal het "beter zijn, zolang het gebouw eigendom der
gemeente is, daarvoor een normale huur vast te stellen en de subsidie dienover
eenkomstig te verhogen. Voorts acht hij het onjuist, dat de gemeente een door een
particuliere instelling te sluiten geldlening gaat garanderen. Een dergelijke
vorm van steunverlening is bij gemeenten ongebruikelijk en kan bovendien gevaarlijk
zijn.
Spreker heeft er bezwaar tegen, dat het college deze aangelegenheid op een der
gelijke onzakelijke wijze trakteert en had verwacht, dat Burgemeester en Wethou
ders met een meer reëel voorstel waren gekomen. Hij releveert, hoe het dorpshuis
te Warga is voortgekomen uit particulier initiatief, dat door het gehele dorp werd
gesteund. Hij betreurt het, dat men in Grom? niet een goede oasis heeft kunnen
scheppen. Waar hij van oordeel is, dat dit gemeenschapswerk door de gemeente dient
te worden gesteund, verklaart spreker, ondanks zijn bedenkingen,vóór het voorstel
te zullen stemmen.
Mevr.Halbertsma merkt op, dat het dorpshuis te Warga direct na de oorlog is op
gericht en de tijd heeft mee gehad. De dorpshuisgedachte leefde toen veel sterker
onder de bevolking dan thans en het geld was ook ruimer.
De heer Van den -Berg beaamt dit. Toch vindt spreker de wijze,waarop Burgemees
ter en Wethouders de stichting financieel willen steunen te onzakelijk. Als de
gemeente een door een particuliere stichting te sluiten geldlening garandeert,
begeeft zij zich op een hellend vlak. Het zou hem zeer verbazen, indien de bevol
king van Grouw geen bedrag van f.4300,- kon opbrengen om de kostei/van verbouw en
eerste inrichting te dekken.
De Voorzitter antwoordt, dat in Grouw de dorpshuisgedachte nog niet door de
gehele bevolking wordt gedragen. Dit is zeer te betreuren. Een belangrijk deel van
het dorp heeft zich achter de plannen gesteld en alle geestelijke stromingen zijn
wel vertegenwoordigd, maar er is ook een categorie die er noch vóór, noch tegen is
en een afwachtende houding aanneemt. Een derde groep keert zich tegen de plannen
uit vrees voor concurrentie voor bepaalde zaken.Laatstbedoelden zien een dorpshuis
ten onrechte als een soort café zonder alcohol. Ook na verschillende uiteenzettin
gen over het dorpshuiswerk zijn de misvattingen over de eigenlijke betekenis van een
dorpshuis bij sommigen nog niet weggenomen. Dit heeft grote moeilijkheden veroor
zaakt. A/ij koesteren de verwachting, dat wanneer het dorpshuiswerk wat beter be
kend wordt, deze mensen straks wel zullen inzien, dat zij fout zijn geweest. On
danks de teleurstellingen is het voorlopige dorpshuisbestuur met zijn plannen be
gonnen. Burgemeester en wethouders hebben gemeend, dit mooie culturele gemeenschaps
werk te moeten steunen en de financiële moeilijkheden van de stichting te over
bruggen. Het dorpshuis in Warga wordt volgens een subsidieregeling door de gemeen
te financieel gesteund. Op gelijke wijze zou dit voor het dorpshuis te Grouw ook
kunnen geschieden. Of dit nu beter of zakelijker is dan de door Burgemeester en
Wethouders voorgestelde methode, weet spreker niet.Het voorstal zou eventueel in
die zin gewijzigd kunnen worden. Wat het garanderen van geldleningen aan particu
lieren betreft, zegt de Voorzitter, in beginsel de mening van da heer van den Berg
te delen. Een gemeente moet in het algemeen du^.r voorzichtig mee zijn. Het komt
achter wel meer voor, dat een gemeente op die wijze financiële steun verleent aan
particulieren, speciaal aan bepaalde industrieën.In het onderhavige geval acht
spreker het risico voor de gemeente niet zodanig, dat het niet verantwoord zou
zijn. Spreker zegt voorts, dat hij het eens is met Mevr.Halbertsma. -Warga heeft
zijn tijd mee gehad en daarvan geprofiteerd.
De heer Van dan Berg verklaart nogmaals, dat hij niet tegen het voorstel is,Hij
denkt slechts aan de mogelijkheid dat "de vlieger in Grouw niet opgaat" en dan zit
de gemeente met dekking van een bedrag van f.4300,-.
De Voorzitter antwoordt, dat, indien de plannen niet mochten gelukken, de ge
meente altijd nog over oen goed gebouw beschikt, dat zijn geld wel waard is.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming, conform het voorstel, besloten.