-7-
geschonken aan de mogelijkheid tot het weer bevaarbaar maken van de Spoke-
/aan sloot om op die wijze/verschillende bezwaren tegemoet te komen.Voorts vraagt
spreker, hoeveel aanvragen voor schiphuizen en zomerhuisjes gedurende de
afgelopen jaren zijn ingekomen. Wat de plaatsing van zomerhuisjes betreft,
lijkt het hem beter, deze zomerverblijven meer verspreid te bouwen en niet
op een bepaald gebied te concentreren.
De heer Miedema meent, dat het geval niet gemakkelijk ligt. Hij is er wel
van overtuigd, dat er behoefte is aan een recreatieoord.Indien hier mogelijk
heden liggen, dan zal de gemeente hiertoe moeten overgaan, ook al zou dit een
offer meebrengen. Hij gelooft, dat er straks meerdere watersportgemeenten een
dergelijk plan zullen aansnijden en dan is het beter, dat wij de eerste zijn.
Indien het een amusementsbedrijf zou worden, is spreker er vierkant tegen.
Het zal wel moeilijk zijn voor een recreatieoord een plaats aan te wijzen,waar
bij geen cultuurgrond behoeft te worden versneden. Voor dit doel kan men toch
geen ongerepte gebieden gebruiken.
De heer Hondema zegt nog niet overtuigd te zijn, dat hier werkelijk behoefte
is aan een dergelijk omvangrijk plan. Het stichten van een recreatieoord is
hier niet zo eenvoudig als op sommige andere plaatsen, bijvoorbeeld de Veluwe.
Hier moet kostbare grond worden aangesneden, alles moet nog worden aangepakt;
ophogen enz. Is het niet mogelijk in overleg te treden met de eigenaren van
landerijen, teneinde te komen tot de bouw van schiphuizen en zomerhuisjes?
Wat de idiëele kant van deze zaak betreft, zegt spreker, dat de gehele omge
ving van Grouw een recreatie-oord is. De touristen zoeken toch dikwijls de
stilte. Indien het Birdplan eenmaal aan de orde komt, dan kan deze zaak op
nieuw worden bekeken en nader worden overwogen of het noodzakelijk is een dam
in de Galle te leggen. Tenslotte meent spreker, dat uit een financieel oogpunt
een plan als het onderhavige niet verantwoord is. Er zijn dingen, die meer nodig
zijn dan dit, bijvoorbeeld verbetering van de wegen, die naar Grouw leiden.
Zulks zal het tourisme ook kunnen bevorderen.
De heer van den Berg merkt op - naar aanleiding van de uitlating van de
Voorzitter, waarbij spreker er aan wordt herinnerd, dat hij wethouder is
geweest en deswege op de hoogte moet zijn - dat hij juist gezegd heeft,dat
hij het jammer vindt, dat het enkel om een principebesluit gaat, daar de
/dat hij financiële gevolgen thans niet te overzien zijn. Voorts zegt hij,/van de winke
liers van Warga een opgaaf van de te verwachten schade heeft ontvangen. Een der
gelijke opgaaf zullen Burgemeester en Wethouders ook wel hebben ontvangen. Deze
appellanten zijn bereid de cijfers door een beëdigd accountant te doen contro
leren. Gezien dit feit, acht hij de ongegrond-verklaring van het bezwaarschrift
lichtvaardig. Het college had de moeite moeten nemen deze gegevens te onder
zoeken. Het betreft hier bovendien ook kleine bedrijven, welke bij gemis aan
bijvoorbeeld 1 Qffo van de omzet zeer gedupuerd zullen zijn. Wat de idiëele
kant van deze zaak betreft, herhaalt spreker, dat naar zijn mening de gehele
omgeving een recreatieoord is. Voor hem is uitgangspunt de jachthaven.Voorts
is er gezegd, dat er een geweldige toeloop wordt verwacht; van wie? De grote
groep watertouristen heeft geen behoefte aan een dergelijk iets. Met genoegen
heeft hij gehoord, dat de Meer niet meer voor modderberging zal worden gebezigd.
Dat plan zou er niet meer zijn. Spreker kan dit evenwel niet geloven.
Tenslotte zegt hij, dat hem uit een nadere berekening is gebleken, dat plm.
60 pondemaat cultuurgrond moet worden aangesneden. Om ter wille van een plan
als het onderhavige f.10.000,a f.12.000,productie te vernietigen,acht
spreker onaanvaardbaar.
De heer S.ioerdsma wenst nog gaarne antwoord op de vraag, of appellanten
Veenstra en Boek tevreden gesteld zijn.
In zijn antwoord aan de verschillende sprekers, zegt de Voorzitter, dat
-het-